Waar adem je het meeste fijn stof in?
23 juli 2015 door LGHoeveel fijn stof krijg je in je longen tijdens het fietsen, wandelen en autorijden in Antwerpen en omgeving? De resultaten van twee weken rondhossen met meetapparatuur.
Hoeveel fijn stof krijg je in je longen tijdens het fietsen, wandelen en autorijden in Antwerpen en omgeving? De resultaten van twee weken rondhossen met meetapparatuur.
Voor een wetenschappelijke studie van VITO liep ik twee weken lang rond met, onder meer, een hartslagmeter, gps en een fijnstofmeter. De finale resultaten van die studie – die uiteraard heel wat meer proefpersonen telt – zullen nog even op zich laten wachten. Zodra er algemene resultaten te melden zijn, lees je dat in Eos. Maar ik vroeg en kreeg wel al mijn persoonlijke resultaten van mijn meetweken in de winter en de lente. De derde meetweek (zomer) komt er volgende maand aan.
Enkele in het oog springende zaken*:
Fietsostrades zijn veilig, maar niet gezond
Om me snel en veilig te kunnen verplaatsen over wat verdere afstanden, maak ik vaak dankbaar gebruik van de afgescheiden fietspaden die Antwerpen de afgelopen jaren heeft aangelegd, of hernieuwd. Zoals het Ringfietspad of het fietspad tussen de stations Antwerpen Centraal en Antwerpen Berchem. Maar heel gezond zijn die niet. Twee ritjes langs het Ringfietspad tussen het Sportpaleis en het Rivierenhof laten waarden zien van vijf- à achtduizend nanogram fijn stof per kubieke meter. Om een idee te hebben: VITO rekent minder dan 3.000 ng/m3 als een normale achtergrondwaarde in de stad. Drukke wegen leveren meer dan 6.000 ng op, en de laatste waarde op hun schaal ligt op > 12.000; de laagste op < 750. Waarden die hierboven of hieronder gaan zijn dus heel erg ongezond, of juist erg gezond.
Het fietspad langs het spoor – inclusief oversteek van de Ring over de Posthofbrug – biedt twee- à zesduizend nanogram. De laatste ritjes gebeurden tijdens de avondspits; de eerste twee (het Ringfietspad) rond 20u ’s avonds.
Dan is tussen het verkeer fietsen beter. Tenminste, als het om straten gaat waar niet al te veel verkeer komt. Het dagelijkse fietsritje naar de school van de kinderen langs relatief kleine straten in Antwerpen Noord levert 1.200 à 3.000 nanogram fijn stof per kubieke meter - niet meer dus dan de normale achtergrondwaarde voor een stad. Heel zelden zien we een uitschieter naar 5.000 – vermoedelijk wanneer er een bus of vrachtwagen passeert.
Een fietstocht in Zeeland is revelerend. De meter vertoont één piek van 2.000 ng/m3, maar blijft verder de hele middag rond vijfhonderd hangen.
Hoeveel van dat fijn stof in de lucht we effectief inademen, is moeilijk te berekenen (er bestaat een formule voor, maar dat laat ik graag over aan wetenschappers). Zeker is dat je op de fiets of te voet twee keer zoveel fijn stof inademt als in de auto of de bus. Dat heeft te maken met je verhoogde ademhaling omdat je actief bent.
Sporten in het bos versus sporten in de stad
Als je sport, krijg je ongetwijfeld nog veel meer fijn stof binnen. Tijdens mijn meetweken trok ik geregeld de sportschoenen aan. In de lente ging het dan richting bos of park; op donkere winteravonden moet het hardlopen vaak noodgedwongen op straat, of op een atletiekpiste. Hoeveel scheelt dat aan fijn stof? De looproute van tien kilometer die ik in de winter volgde (zie kaartje hieronder) met de atletiekclub liep voor twee kilometer over het fietspad naast de E313 – vanaf het Rivierenhof tot Wommelgem. De laatste twee kilometers liepen langs de drukke invalswegen Krijgsbaan en Herentalsebaan. Nooit gaat de meter onder de 2.500 ng/m3, terwijl het toch al na 20u ’s avonds is. De piek ligt op 19.000, en schommelt voor de rest rond de 5.000. Op de piste lopen is iets beter, met gemiddeld twee- à drieduizend.
Nee, dan de lenteloopjes. Na een korte piek (rond 2.000, nog steeds een stuk onder de normale achtergrondwaarde in de stad) in de auto op weg naar het Peerdsbos in Brasschaat wacht een oase van frisse lucht. De waarden schommelen tussen 200 en 600, hoewel je ook hier het geruis van de snelweg (de E19) hoort, die aan dit gebied grenst. Ook Park Spoor Noord valt mee, met waarden tussen 400 en 1.000. En bij een rondje joggen op zaterdagochtend langs het Eilandje en op de Scheldedijk blijven de waarden onder de 1.400.
Ook op de trein ben je niet veilig ...
Het meest onverwachte resultaat kwam voor mij van mijn treinrit Antwerpen-Leiden en terug. In de internationale trein meet mijn toestel twee- tot vierduizend nanogram per kubieke meter. Hoe dichter ik Leiden nader, hoe minder fijn stof, gelukkig. Ook in de stad zelf lijkt er amper luchtvervuiling. Ik wandel dan ook voornamelijk door autoluwe straten waar fietsers de plak zwaaien.
... en evenmin in de auto ...
De autoweg E17 Antwerpen-Gent-Kortrijk kan tellen voor een goeie portie fijn stof. Twee keer gingen we heen en terug op een zaterdag. Files waren er niet, evenmin erg veel verkeer. Toch tekenden we waarden op die schommelden tussen drie- en negenduizend. En dan nog aan de passagierskant. Bij de bestuurder komt er meer fijn stof binnen. Moet gezegd: we zetten de binnencirculatie enkel aan als we de Waaslandtunnel in doken.
Andere snelwegen deden het beter, zoals het ritje naar Brasschaat over de E19 en de trip naar Zeeland – allebei eveneens buiten de spits.
... of thuis
In huis, met de ramen dicht, valt het fijnstofgehalte mee. Maar toch is het niet te vergelijken met bijvoorbeeld de waarden in het centrum van Leiden of op het Zeeuwse platteland. Waarden boven de 2.000 ng/m3 zijn geen uitzondering, en het gehalte fijn stof zakt en stijgt samen met het autoverkeer: een dal tot zo’n 400 ng in de vroege ochtend, en een piek tussen 7u en 8u tussen 1.000 en 2.000 à 2.500. Veel hoger meten we echter niet.
Dan denk je: op het platteland zal het beter zijn. Mis: een feest bij vrienden in het Oost-Vlaamse Gavere levert ongeveer dezelfde waarden op – al staan hier de ramen open en moet opgemerkt dat we ons op wandelafstand van de drukke N60 bevinden.
En tot slot: de kettingzaag
Geen enkele drukke autoweg kan echter op tegen … een kettingzaag. Bij het verzagen van een uit de kluiten gewassen boom, op het West-Vlaamse platteland, bereikten we waarden van maar liefst 34.000 (!) nanogram per kubieke meter...
Dit artikel verscheen eerst op SciLogs, het blogportaal van Eos.
* Deze resultaten zijn niet te veralgemenen. De studie is nog niet afgerond. Neem ze dus met een korreltje zout. Foutjes bij het meten, ongewone omstandigheden, ... zijn niet uit te sluiten.
Maak van jezelf een meetstation
Ook benieuwd naar het fijn stof in je omgeving? De studie zoekt nog extra deelnemers uit de provincie Antwerpen. Het PASTA-project, wat staat voor Physical Activity through Sustainable Transport Approaches, wil een antwoord vinden op vragen als ‘zijn Antwerpenaren fitter dan inwoners van Londen of Barcelona?’ of ‘is fietsen in Antwerpen wel gezond, of neem je beter bus of tram?’ De studie zal gebruikt worden als basis voor beleidsmaatregelen voor mobiliteit en leefbaarheid. Je krijgt vragenlijsten over je verplaatsingsgedrag voorgeschoteld, en de échte citizen scientist kan vervolgens zichzelf ‘ombouwen’ tot meetstation. Een week lang word je uitgerust met een µ-aethalometer, om je blootstelling aan zwarte koolstof te meten, een sensor om je lichaamsbeweging te monitoren, een gps en een hartslagmeter. De onderzoekers meten ook je bloeddruk, hartritme en longfunctie en maken een foto van je netvlies. Deze ‘meetweek’ wordt drie keer herhaald: in de winter, de zomer en het tussenseizoen.
Meer info