Superman

Rubens bleef zijn hele leven bijleren en invloeden absorberen. Daarom kent het oeuvre van de schilder in omvang en veelzijdigheid zijn gelijke niet.

Een van de topstukken van het Rubenshuis is De kunstkamer van Cornelis van der Geest van Willem van Haecht, een werk dat de collectie van de zeventiende-eeuwse kruidenhandelaar en vriend van Rubens voorstelt. Een schilderij van een verzameling schilderijen is een typisch Antwerps genre uit die tijd. Een kunstkamer is tegelijkertijd een lofzang op de schilderkunst en een inventaris waarmee de eigenaar kan uitpakken.

Tussen de vele figuren op het doek zien we Aartshertogen Albrecht en Isabella, en ook Rubens en Van Dyck. Meteen krijgen we een snapshot van cultureel Antwerpen uit de eerste helft van de zeventiende eeuw. Ook Rubens legde een kunstverzameling aan, die zich kon meten met die van koningen en prelaten. Maar hij had nog een extra motivatie. Hij speurde naar schilder- en beeldhouwwerken die hij bewonderde en die hij als inspiratie kon gebruiken.

Rubens bleef zijn hele leven bijleren en invloeden absorberen, en dat maakt van hem, samen met zijn virtuositeit en enorme productiviteit, een unieke figuur. Volgens Rubenskenner Ben van Beneden kent zijn oeuvre in omvang en veelzijdigheid zijn gelijke niet. Ondanks de vele werken – kunsthistorici spreken van 1.500 tot 2.500 werken of ‘inventies’ – en de nagelaten briefwisseling is het moeilijk te achterhalen wat Rubens echt dacht en voelde. Hoe katholiek was deze zoon van gevluchte protestanten werkelijk? Sommige experts beweren dat zijn moeder uit opportunisme naar het katholieke geloof is teruggegaan. Recent onderzoek wijst ook op zijn interesse in occultisme en natuurfilosofie, je leest erover in de nieuwe Eos Geschiedenis: Rubens.

De schilder Rubens stond in een permanente dialoog met zijn voorgangers uit zowel Italië als het noorden, en ook tijdgenoten bestudeerde hij grondig. Op zijn beurt beïnvloedde hij al dan niet rechtstreeks talloze kunstenaars die na hem komen, van landschapsschilders als Constable en Gainsborough over modernen als Cézanne en Picasso tot hedendaagse artiesten als Tuymans en Fabre. In tegenstelling tot vele andere ‘grote’ meesters voor en na hem was hij bij leven al een gevierd kunstenaar, die het zowel privé als zakelijk mooi voor elkaar had. Dat leven en werk in superlatieven maakt hem soms ook minder geliefd bij een modern publiek, dat meer voelt voor de underdog of outcast. De vele grote en kleine exposities, voorstellingen en lezingen in het kader van het Antwerpse barokjaar kunnen misschien van de artist’s artist ook een inspiratiebron voor jou en mij maken.