Gezondheid

Botscans zonder risico op kanker

MRI-beelden van botstructuren kunnen nauwkeurig worden omgezet naar CT-beelden in 3D, zonder gebruik te maken van röntgenstraling.

Dit is een artikel van:
Eos Wetenschap

Beeld: UZ Gent

Precieze beeldvorming is van groot belang om een botletsel goed te behandelen. Om botten goed in beeld te brengen, is een CT-scan onovertroffen. Het grote nadeel van deze techniek is dat hij gepaard gaat met ioniserende röntgenstraling, wat zorgt voor een verhoogd risico op kanker. ‘We weten hoe gevaarlijk CT-scans zijn’, vertelt prof. dr. Lennart Jans. ‘Daarom voeren we ze niet altijd uit bij botletsels. Maar het gevolg is dat we belangrijke informatie missen voor een goede diagnose en correcte behandeling.’

Tot nu toe waren MRI-scans geen goed alternatief. Ze werken met ongevaarlijke radiogolven en hebben niet het nadeel van CT-scans. Maar ze zijn vooral geschikt voor weefsels zoals spieren, niet voor botstructuren zoals de rug of de heupen.

Maar daar komt nu verandering in. Radiologen van het UZ Gent hebben als eersten ter wereld aangetoond dat ze MRI-beelden van botstructuren nauwkeurig kunnen omzetten naar CT-beelden in 3D. ‘De beelden zijn even precies als de klassieke CT-beelden, zonder de patiënt te moeten blootstellen aan röntgenstraling’, vertelt Jans.

Artificiële intelligentie

Om MRI-beelden om te zetten naar CT-beelden in 3D, maakten de radiologen gebruik van BoneMRI, software ontwikkeld door het bedrijf MRIguidance. ‘Met behulp van artificiële intelligentie kunnen we nu synthetische CT-beelden genereren van de botten van de rug, de heiligbeengewrichten en de heupen’, vertelt prof. Jans. ‘Het volstaat om de patiënt na de standaard-MRI enkele minuten langer te scannen. We sturen de MRI-beelden naar een server op onze campus en anderhalf uur later verschijnen de synthetische CT-beelden op onze computer.’ 

De techniek is de voorbije maanden getest bij patiënten met de ziekte van Bechterew, ontstekingsreuma van de heiligbeengewrichten. Dat zijn vaak jonge patiënten voor wie een snelle opsporing belangrijk is om later zware structurele letsels te vermijden. De resultaten van de klassieke CT en synthetische CT werden dubbelblind vergeleken. De sensitiviteit - het percentage terecht positieve testuitslagen onder de zieke personen – en de specificiteit - het percentage terecht negatieve testuitslagen onder de niet-zieke personen – van beide scans waren exact gelijk. 

De techniek is ondertussen ingeburgerd in het UZ Gent voor de beeldvorming van de rug, de heiligbeengewrichten en de heupen. Naar schatting vijfhonderd patiënten per jaar zullen de nieuwe scan kunnen laten maken. ‘De nieuwe techniek overstijgt de nadelen van de bestaande scans en is dus heel goed nieuws voor onze patiënten’, besluit Jans.