In Nederland raakte voor het eerst een zwangere vrouw besmet met het zika-virus. Ze moest de zwangerschap afbreken. De foetus vertoonde duidelijke ontwikkelingsstoornissen.
Zika is de wereld nog niet uit. Dat blijkt uit het eerste geval van zika-gerelateerde microcefalie in Nederland. Tijdens het eerste trimester van haar zwangerschap was een vrouw uit Nederland in Latijns-Amerika. Daar raakte ze met het virus besmet. Na haar terugkeer liet ze een echografie uitvoeren. Daaruit bleek dat haar kind verschillende ontwikkelingsstoornissen vertoonde, waaronder microcefalie. De foetus werd via de moeder geïnfecteerd met zika. In overleg met haar arts liet de vrouw de zwangerschap afbreken. Dat meldt het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Het virus blijft mensen infecteren. Dit jaar werden volgens het ECDC in België zeventien nieuwe gevallen van zika geregistreerd. Dat getal ligt een pak hoger dan elders in Europa. Zweden kende acht nieuwe zika-besmettingen, terwijl in Nederland en Frankrijk elk vijf mensen ziek werden.
Muggen die zika overdragen behoren tot het geslacht Aedes. Dat geslacht komt voornamelijk voor in Latijns-Amerika. Al zijn enkele soorten ook in het Middellandse Zeegebied te vinden. De Aedes albopictus of de Aziatische tijgermug komt voor in Zuid-Frankrijk, Italië en langs de kusten van Spanje, Griekenland en Kroatië.
In die landen is de ziekte nog niet wijdverspreid. Dat dat uiteindelijk wel gebeurt, staat volgens Ralph Huits, zika-expert aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde, vast. ‘Het is een kwestie van tijd. Wanneer een Aedes-mug zich met geïnfecteerd bloed voedt, kan die het virus mogelijk ook naar andere mensen verspreiden.'
Het staat niet vast of deze mug het zika-virus kan overbrengen, maar ze veroorzaakt wel andere ziektes zoals dengue en chikungunya. Die laatste trof in 2008 tweehonderd mensen in Noord-Italië.
In Frankrijk en Spanje is de kans op lokale overdracht het grootst, omdat daar meer zika-gevallen werden geïmporteerd dan in de overige Mediterrane landen. In Spanje waren er in 2016 295 gevallen van zika, in Frankrijk maar liefst 1.140. Italië en Frankrijk hebben al een programma om muggen in te tomen. Dat is het gevolg van eerdere uitbraken van gelijkaardige ziektes. Beide landen spannen zich in om grote uitbraken te voorkomen door de muggen te bestrijden.
Tot op heden zijn er in België geen gevallen bekend waarbij de patiënt hier werd geïnfecteerd. Alle 131 gevallen uit 2016 werden op reis besmet, voornamelijk in Latijns-Amerika. In België zijn nog geen gevallen van microcefalie gerapporteerd.
Zuidoost-Azië is een andere zika-regio waar veel Europeanen naartoe reizen. In Singapore werden 500 gevallen bekend in 2016, 600 in Thailand en 200 in Vietnam. Vorig jaar werden ook baby’s geboren met microcefalie door zika-besmetting van de moeder. Reizigers nemen best hun voorzorgen.
Voor zika bestaat nog geen medicijn of vaccin. Een vaccin heeft het meeste kans op slagen, maar dat zou er pas binnen drie à vier jaar zijn. Ralph Huits: ‘De geringe aandacht voor arbovirus-infecties in het verleden zorgt nu voor een probleem. De zoektocht naar middelen om deze infectieziekte te controleren startte nadat de epidemie uitbrak.
Onderzoek naar het virus zelf levert ook nog steeds nieuwe inzichten op. En zelfs als er een vaccin is, duurt het nog lang voor het echt klaar is voor gebruik. Het moet eerst getest worden bij mensen en dat neemt veel tijd in beslag. Het vaccin moet ook veilig zijn voor zwangere vrouwen. De testen om zeker te zijn van de veiligheid voor de foetus duren het langst.’
‘In het bloed kunnen we het zika virus tot zeven dagen na start van de symptomen aantonen, in urine veertien dagen. Binnen het ITG werd een accurate zika-test ontwikkeld. Een nauwkeurige test ontbrak immers nog. We onderzoeken ook hoelang zika in het sperma aanwezig blijft. Bij 40 à 60 procent van de mannen wordt het virus nog langdurig uitgescheiden in het sperma.
Hoelang de aanwezigheid van zika in sperma, die varieert van weken tot maanden, een risico voor seksuele overdracht blijft, is nog niet met zekerheid geweten. De Wereldgezondheidsorganisatie adviseert mannen om tot zes maanden na infectie geen onbeschermde seks hebben. Zo vermijden ze seksuele overdracht.’