Luchtvervuiling kost veel Europese levens
19 november 2014 door AHoewel de luchtvervuiling in Europa langzaam afneemt, zijn in 2011 nog altijd zo'n 400.000 mensen voortijdig gestorven door vooral fijnstof en ozon.
Hoewel de luchtvervuiling in Europa langzaam afneemt, zijn in 2011 nog altijd zo'n 400.000 mensen voortijdig gestorven door vooral fijnstof en ozon. Dat blijkt uit een woensdag gepresenteerd rapport van het Europees Milieuagentschap (EEA).
Volgens datzelfde rapport doet Nederland het binnen Europa vrij goed. Er is voor het onderzoek gekeken naar verschillende soorten luchtvervuiling en in Nederland worden veelal concentraties gemeten die onder het Europees gemiddelde liggen.
Anderzijds wordt Europawijd zo'n 95 procent van de stadsbewoners nog altijd blootgesteld aan te hoge waarden van ten minste één vervuilende stof in de lucht. Dat zorgt voor gezondheidsproblemen zoals hart- en vaartziekten, longaandoeningen en bepaalde vormen van kanker, die uiteindelijk levens kosten. Hoeveel mensen in Nederland jaarlijks eerder doodgaan door luchtvervuiling, maakt het rapport niet duidelijk.
De voornaamste veroorzakers van die sterfgevallen zijn fijnstof en ozon. Concentraties van die vervuiling liepen de afgelopen jaren gemiddeld gezien terug in Europa.
Dat geldt niet voor de concentratie benzopyreen, een stof die vooral vrijkomt bij het stoken van hout en biomassa, bijvoorbeeld in energiecentrales. Doordat het gebruik van biomassa de afgelopen jaren een vlucht heeft genomen en er in Europa meer gekookt wordt op houtovens, is de hoeveelheid benzopyreen in de Europese lucht in tien jaar tijd met 21 procent toegenomen. Het inademen van te hoge concentraties benzopyreen kan kanker veroorzaken.