Wie het eerste levensjaar doorbrengt met veel huisdieren, loopt later minder risico op allergie.
Baby’s die opgroeien met een huisdier, lopen op latere leeftijd minder risico om een allergie te ontwikkelen. Dat wisten we al. Zweedse onderzoekers vroegen zich af of het aantal dieren in huis een verschil maakt. Dat blijkt het geval.
De wetenschappers analyseerden de resultaten van eerder onderzoek dat meer dan duizend kinderen opvolgde van bij de geboorte tot ze zeven of acht waren. Van de kinderen die hun eerste levensjaar hadden doorgebracht in een huis zonder dieren ontwikkelde 49 procent een allergie. Bij de kinderen met één huisdier was dat 43 procent, in gezinnen met drie huisdieren 24 procent. In een tweede studie bij 249 kinderen ontwikkelden 48 procent van de huisdierlozen een allergie, tegenover 35 procent van de kinderen met één huisdier en 21 procent in huizen met twee of meer dieren.
Dit soort onderzoek kan enkel verbanden aan het licht brengen, oorzakelijkheid toont het niet aan. ‘De relatie tussen de dosis – het aantal dieren – en het effect dat de onderzoekers hier aantonen, wijst wel in de richting van een oorzakelijk verband’, zegt allergiespecialist Jan Ceuppens (KU Leuven).
Blijft de vraag wat het mechanisme achter het beschermende effect is. Ceuppens: ‘Werkt blootstelling aan allergenen in het speeksel en de huidschilfers van de dieren beschermend? Of moeten we het zoeken in andere veranderingen die gepaard gaan met de aanwezigheid van dieren, zoals meer vuil en bacteriën in huis? We weten het niet. Dat dieren niet alleen lijken te beschermen tegen allergie aan dieren, maar ook tegen hooikoorts en astma, doet eerder het laatste vermoeden.’