Een tot drie procent van de vrouwen die zwanger worden, krijgt herhaaldelijk miskramen. Misschien kan sporten helpen. Om dat na te gaan, onderzoekt gynaecoloog Tess Meuleman (Radboudumc) menstruatiebloed van vrouwen die drie maanden lang gaan sporten.
Wat kun je in menstruatiebloed zien wat je in ‘gewoon’ bloed niet kunt vinden?
‘Dat bloed komt uit het baarmoederslijmvlies en bevat ietwat andere afweercellen. De zogenaamde Natural Killer-cellen (NK-cellen) hebben bijvoorbeeld andere receptoren, waardoor ze een vreemd object niet aanvallen, maar accepteren. Dat is nodig, want de baarmoeder moet het embryo laten innestelen. Dat embryo is een lichaamsvreemd object; het krijgt de helft van zijn materiaal van een vreemde, de vader of de donor. Uit eerder onderzoek weten we dat vrouwen die herhaaldelijk miskramen krijgen, soms een erg laag aantal van die NK-cellen hebben. Mogelijk stoot hun lichaam daarom de foetus af.’
Wat heeft sporten te maken met miskramen en afweercellen?
‘Uit onderzoek met kankerpatiënten blijkt dat sporten het aantal NK-cellen verhoogt. Wij willen nagaan of dat ook geldt voor vrouwen die herhaaldelijk miskramen hebben gehad en weinig NK-cellen hebben. Dertig vrouwen zullen drie maanden lang twee tot drie keer per week cardiotraining krijgen in de sportschool. Vooraf en nadien leveren zij een monster van hun menstruatiebloed in. Dat doen ze door hun menstruatiecup te legen in een buisje en dat af te geven in het ziekenhuis bij ons in Nijmegen, of bij onze collega’s in Maastricht. We vermoeden dat het aantal NK-cellen na afloop hoger zal liggen. Uit onze eerste resultaten blijkt dat het verschil zelfs erg groot kan zijn.’
Zal het hogere aantal van die afweercellen er ook voor zorgen dat deze vrouwen makkelijker kinderen kunnen krijgen?
‘Dat is natuurlijk nog de vraag. Eind dit jaar hopen we de resultaten van ons onderzoek te hebben. Daarna willen we graag een vervolgonderzoek opstarten om te kijken of de verhoging van het aantal NK-cellen ook leidt tot meer levend geboren kinderen. Daarnaast wil vooral collega (en medisch immunoloog) Renate van der Molen onderzoeken of er een individueel immuunprofiel op te stellen valt op basis van de analyse van menstruatiebloed. Dat zou kunnen leiden tot een persoonlijkere aanpak van vruchtbaarheidsproblemen. Miskramen waarvan we de oorzaak niet kennen, worden nu op één hoopje gegooid. Onderzoek naar die onverklaarde miskramen levert niets op, maar dat komt misschien omdat de groep te divers is. Misschien ligt het aan een tekort aan NK-cellen, misschien aan een infectie of nog aan iets heel anders. Elke oorzaak heeft nood aan een andere oplossing.’