Dagelijks belanden er massa's medicijnen via het toilet, het afvoerputje of de vuilbak in het water, met negatieve gevolgen voor de gezondheid van aquatische ecosystemen. Nu blijkt dat ook wanneer de medicijnen afbreken, de restproducten nog steeds potentieel toxisch zijn.
Het onderzoek naar de aanwezigheid en de impact van medicijnen in het water kijkt vandaag te weinig naar wat er gebeurt wanneer geneesmiddelen degraderen, zo vertelt Gayan Rubasinghege, assistent professor aan het New Mexico Institute of Mining and Technology. Rubasinghege is gespecialiseerd in milieuchemie en toxicologie, en doet onderzoek naar de potentiële toxicologische eigenschappen van afbraakproducten van geneesmiddelen.
Snelle degradatie
Recent publiceerde Rubasinghege een onderzoek over de impact van de afbraakcomponenten van ibuprofen, een populaire ontstekingsremmer. “Het meeste onderzoek over medicijnresiduen in het leefmilieu beperkt zich tot de oorspronkelijke chemische verbindingen. Men kijkt bijvoorbeeld hoeveel ibuprofen er op een meetpunt terug te vinden is, of naar welke effecten het heeft op aquatische organismen.”
Alleen, dat is niet het volledige plaatje, aldus Gayan Rubasinghege. “Eens in het milieu breken deze primaire componenten af. We stelden ibuprofen in water bloot aan zonlicht, en na vijf dagen was een groot deel verdwenen. Of beter, gedegradeerd tot een aantal andere chemische verbinden.”
Rubasinghege en zijn team onderzochten niet alleen in welke componenten ibuprofen onder invloed van zonlicht uiteen valt, maar ook welke effecten ze hebben op het waterleven en op de mens. Drie types darmbacteriën (Lactobacillus acidophilus, Enterococcus faecalis en Escherichia coli) en celculturen uit de leven en de nieren werden behandeld met de restcomponenten, net als de bacterie Aliivibrio fischeri, een model voor de impact op het aquatische milieu. “We vonden dat de twee restproducten vijf tot acht keer meer toxisch bleken voor de lever en de nieren dan de primaire verbinding ibuprofen,” legt Rubasinghege uit.
Opkomende vervuilers
Het is te vroeg om in te schatten in welke mate deze bevindingen reden tot ongerustheid vormen, vertelt Gayan Rubasinghege. “Nu is het zo dat deze restanten van medicijnen en verzorgingsproducten als 'opkomende vervuilers' gelabeld staan, niet als effectief gevaarlijke stoffen. Het gaat dan enkel over de oorspronkelijke stoffen, en inderdaad blijven deze concentraties vaak beperkt. Maar ons onderzoek toont aan dat de afbraakproducten wel degelijk aanwezig blijven, en bovendien een toxisch effect kunnen hebben.”
“We weten nog erg weinig welke afbraakproducten de degradatie van medicijnen oplevert, en wat de potentiële effecten zijn op mens en milieu. Bovendien is het al evenmin duidelijk hoe deze secundaire stoffen interageren met andere componenten. Om een beter beeld te krijgen van wat medicijnresten én hun afbraakcomponenten nu precies doen is nog veel onderzoek nodig.”
Robuuste zuivering
In Vlaanderen zijn de drinkwatermaatschappijen verantwoordelijk voor de zuiverheid van het drinkwater. De Vlaamse Milieumaatschappij VMM overziet welke stoffen er in de gaten worden gehouden, duidt Kris Van den Belt, verantwoordelijke bij de VMM voor het toezicht op de watermaatschappijen. “Aandacht voor nieuwe opkomende stoffen vormt een belangrijk aspect bij de controle van de drinkwaterkwaliteit. Medicijnresten en afbraakproducten ervan worden dan opgevolgd door de waterbedrijven. Momenteel volgen we in totaal 103 medicijnen op, waaronder ook een aantal afbraakcomponenten. Die lijst van componenten ligt niet vast, maar evolueert continue. We baseren ons op internationaal onderzoek, en de ontwikkeling van nieuwe analysetechnieken.”