Waarom floreert Wout van Aert op de weg én in het veld, traint Emma Meesseman idealiter anders dan andere Belgian Cats en liep Vincent Kompany zoveel spierblessures op? Het antwoord zit in het spiervezeltype. Mijn nieuwe én pijnloze meting spoort talent op, individualiseert training en voorkomt blessures.
Hoewel al sinds de jaren 70 gekend is dat het spiervezeltype belangrijk is voor sport, werd deze info tot voor kort niet gebruikt in de begeleiding van atleten en bleven vele vragen omtrent het belang van het spiervezeltype in de sport onbeantwoord. De reden? Een spierbiopt, de gouden standaard om het spiervezeltype te bepalen, brengt schade toe en is dus niet toepasbaar in atleten.
Een spierbiopt is een pijnlijke techniek, waarbij spiervezels uit het been worden gesneden door middel van een grote naald.
Daartoe optimaliseerde ik een beloftevolle techniek die het spiervezeltype inschat aan de hand van een MRI-scan. Deze techniek meet verschillende stoffen in de spier, waarvan sommige karakteristiek zijn voor snelle en andere voor trage spiervezels. Die snelle spiervezels kan je vergelijken met een Ferrari: ze kunnen snel samentrekken, vragen veel energie maar zijn niet zo sterk gebouwd. De trage spiervezels aan de andere kant kunnen voorgesteld worden als een tractor: ze trekken trager samen, zijn energie-efficiënter en dus beter bestand tegen vermoeidheid en bezitten een sterkere bouw.
Ik scande de spieren van toppers zoals Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky en Tim Merlier
Gemiddeld beschikken de meeste mensen over 50% trage en 50% snelle spiervezels, maar er is een grote diversiteit aanwezig in het spiervezeltype. Sommige mensen hebben meer snelle spiervezels, waar anderen over meer trage vezels beschikken. Op die manier onderscheiden we 3 categorieën van spiervezeltypes: een traag, een intermediair en een snel spiervezeltype.
Talent opsporen
Tijdens mijn doctoraat gingen we na of deze spiervezeltypes verschillen tussen meerdere disciplines in het wielrennen. Hiertoe bepaalde ik het spiervezeltype van 80 elite wielrenners. Wout van Aert hebben we spijtig genoeg nog niet kunnen scannen, maar ik scande wel de spieren van toppers zoals Mathieu van der Poel, Lotte Kopecky en Tim Merlier. Net zoals in atletiek werden er duidelijke verschillen gedetecteerd in het spiervezeltype van renners uit deze wielerevents. Het spiervezeltype van atleten met specialisatie keirin, BMX en sprint op de baan, bestaat gemiddeld uit een snel spiervezeltype. Deze snelle spiervezels, de Ferrari’s, zijn belangrijk om hoge krachten te leveren aan hoge snelheden. Tijdrit en omnium events worden op het hoogste niveau gereden door atleten met een intermediair spiervezeltype, terwijl individuele achtervolgers, eendagsrenners, veldrijders, mountainbikers en ronderenners gemiddeld een traag spiervezeltype bezitten. Deze tractoren hebben het voordeel dat ze minder snel vermoeien en dat ze efficiënter omspringen met energie. Het spiervezeltype van een atleet is dus een belangrijke karakteristiek voor individuele sporters. Inzichten in het spiervezeltype van een opkomend talent kan onder meer helpen om een discipline te kiezen die aansluit bij het spiervezeltype. Daarenboven kan deze informatie ook gebruikt worden om in te schatten tussen welke disciplines een succesvolle transfer mogelijk is. Zo blijkt het spiervezeltype van eendagsrenners vergelijkbaar met dit van veldrijders, wat mee kan verklaren waarom veldrijders het zo goed doen op de weg. Dit doet mij meteen ook veronderstellen dat Wout Van Aert eerder een traag spiervezeltype bezit.
Training individualiseren
Om na te gaan of training en herstel afgestemd dienen te worden op het spiervezeltype van een atleet, onderzocht ik of vermoeidheid en herstel verschillen in sporters met een ander spiervezeltype. Zo vergeleken we hoe sporters met een snel en traag spiervezeltype het er vanaf brachten tijdens drie keer 30 seconden hoog intense inspanningen op de fiets. De vermoeidheid bleek 20% hoger te zijn in de snelle groep dan in de trage groep. Daarenboven bleek ook het herstel van deze inspanning 15 keer langzamer te zijn in de sporters met een snel spiervezeltype. Indien trainingen elkaar snel opvolgen, zullen deze atleten vermoeidheid accumuleren.
Ook Club Brugge gebruikt onze techniek om het spiervezeltype in kaart te brengen om zo hun blessureleed zo laag mogelijk te houden
Individualisatie van trainingen op basis van het spiervezeltype zal dus belangrijk zijn om iedere atleet op maat te prikkelen. Daarom moet Emma Meesseman idealiter anders trainen dan een Belgian Cat met een ander spiervezeltype.
Blessurepreventie
Tot slot werd aan de hand van een 3-jarige studie onderzocht of het spiervezeltype een risicofactor is voor het oplopen van spierscheuren. Hiervoor scande ik 165 elite voetballers, waaronder enkele Rode Duivels en bestudeerde ik de spieren van verschillende Belgische eerste klasse spelers. Daarenboven scande ik atleten van de eerste en tweede ploeg van Manchester United. Deze club heeft een scanner op hun eigen trainingscentrum. “We gebruiken het spiervezeltype, gemeten via de MRI-scan, om een idee te krijgen van hun genetisch prestatie profiel, om trainingsprogramma’s op maat voor te schrijven en herstel na de wedstrijden te individualiseren” aldus Steve McNally hoofd van sportgeneeskunde en wetenschap van Manchester United. Ook Club Brugge gebruikt onze techniek om het spiervezeltype in kaart te brengen om zo hun blessureleed zo laag mogelijk te houden.
De wanden van de MRI scanner op trainingscentrum van Manchester United zijn bekleed zodat de voetballers zich in het stadium wanen.
Uit mijn analyses bleek immers dat spelers met een snel spiervezeltype een 5,3 keer hogere kans hebben om een hamstringblessure op te lopen dan spelers met een traag spiervezeltype. Een Ferrari is immers veel minder sterk gebouwd dan een tractor. Dit kan dus verklaren waarom sommige voetballers, zoals Vincent Kompany, een groter risico hebben om hun spier te scheuren dan hun ploeggenoten. Bovendien pleit dit voor een individualisering van de training om voetballers met een verhoogd risico niet te overbelasten.
Wens je meer informatie over het belang van de spiervezels in de sport? Ik vatte mijn doctoraat samen in een geïllustreerde en gratis beschikbare gids.
Ook voor recreanten
Ook jij kan jouw spiervezeltype laten inschatten. Er zijn al enkele centra die deze scan aanbieden aan de recreant. Zo kan je reeds terecht in Gent, in Nederland (Sluis) en in Australië (Gold Coast). Een scan inplannen kan via www.muscletalentscan.com.
Eline Lievens dingt mee naar de Vlaamse PhD Cup 2022. Ontdek meer over dit onderzoek op www.phdcup.be.