Vrouwen zonder baarmoeder met een kinderwens kunnen dankzij transplantatie zelf een kind ter wereld brengen. Uit een recente studie blijken de geboren kinderen gezond. De wensmoeders en donoren ervaren vaak wel problemen.
Wereldwijd is 1 op 500 vrouwen onvruchtbaar wegens een slecht werkende of afwezige baarmoeder. Zij kunnen in de toekomst mogelijk hun toevlucht zoeken bij een baarmoedertransplantatie. In een Amerikaans casusonderzoek hebben twintig vrouwen zo een operatie ondergaan. Bij veertien van hen was de transplantatie succesvol. Zij kregen vervolgens allemaal een of twee kinderen. De kinderen zijn gezond volgens de studie, wat ook blijkt uit verdere opvolging die bij sommige tot zes jaar na de geboorte heeft plaatsgevonden.
Bij de moeders en donoren was er wel sprake van enkele problemen, gaande van hoge bloeddruk bij de ontvanger tot schade aan de urineleider bij de donor. Volgens professor gynaecologie Steven Weyers (UGent) is de recente studie belangrijk in het onderzoek naar baarmoedertransplantatie. ‘Het is de grootste reeks van baarmoedertransplantaties tot nog toe beschreven, waar bovendien zowel levende als overleden donoren deel van uitmaken’, aldus professor Weyers.
Weyers is gynaecoloog en diensthoofd van de Vrouwenkliniek UZ Gent, waar eind 2018 de eerste baarmoedertransplantatie in België plaatsvond. ‘Wij werken alleen met hersendode donoren, net omdat er veel risico’s verbonden zijn aan de transplantatie. Je kan de ingreep niet vergelijken met een gewone hysterectomie (operatie waarbij de baarmoeder wordt verwijderd, nvdr.). De operaties duren vaak 6 tot 8 uur, wat het enorm intensief en zwaar maakt.’ Ook voor de wensmoeder is het een risicovol proces. Het lichaam kan de baarmoeder afstoten, maar medicatie die gegeven wordt tegen het afstoten, verhoogt het risico op infecties en bepaalde types kanker. Die medicatie wordt immunosuppressiva genoemd en dient ook bij latere zwangerschappen ingenomen te worden.
De Amerikaanse studie wijst uit dat baarmoedertransplantatie bij 70% lukt en dat na een succesvolle transplantatie het ook lukt om een gezond kind op de wereld te zetten. De resultaten van het onderzoek vragen weliswaar enige nuance, stelt de professor. ‘De studie bevestigt wat eerdere resultaten aantonen: de techniek lijkt geen gezondheidsrisico’s voor de kinderen met zich mee te brengen. Bij wensmoeders en levende donoren daarentegen, treden er bij meer dan de helft complicaties op. Bovendien komen negatieve langetermijneffecten van immunosuppressiva, zoals een hoger risico op kanker of glaucoom, in deze studie niet naar boven door een eerder korte opvolging’, besluit professor Weyers.
Er is voorlopig nog geen zicht op de introductie van baarmoedertransplantatie in de praktijk. 'Gezien de financiële druk die nu al op ons gezondheidssysteem ligt, is het wellicht geen prioriteit voor de overheid’, voegt de professor nog toe.