Australische onderzoekers hebben aangetoond dat bestraling met ultrasoon geluid met een hoge frequentie zowel weinig beweeglijke als onbeweeglijke zaadcellen sneller kan doen bewegen. Deze methode zou minder invasief zijn en ook de kans op bevruchting verhogen.
Uit het onderzoek van de onderzoekers van Monash University Australië blijkt dat de beweeglijkheid van zaadcellen sterk kan versnellen door bestraling met ultrasoon geluid met een hoge frequentie. Zaadcellen met weinig beweeglijkheid begonnen sneller te bewegen, maar ook volledig onbeweeglijke zaadcellen konden opnieuw bewegen door de nieuwe techniek.
‘De onderzoekers keken op single-cell niveau, dus zaadcel per zaadcel, hoe die ultrasone pulsen ervoor kunnen zorgen dat de zaadcellen actiever gaan bewegen’, verklaart Frauke Vanden Meerschaut, gynaecoloog bij de Afdeling Reproductieve Geneeskunde van het UZ Gent. ‘De beweeglijkheid van een zaadcel is erg belangrijk voor de bevruchting van een eicel. Als een zaadcel sneller kan bewegen, geraakt het makkelijker door het laagje steuncellen en de stevige zone rond de eicel om zo tot het eicelmembraan te komen. Dat die beweeglijkheid door deze techniek zo versnelt, biedt wel wat perspectieven in het verhogen van de vruchtbaarheid.’
‘Door die ultrasone pulsen kan je ook zien of een onbeweeglijke zaadcel nog leeft of niet’, gaat Vanden Meerschaut verder. ‘Zo krijgt een embryoloog een beter idee van welke zaadcellen er geïnjecteerd kunnen worden en welke niet, want enkel een levende zaadcel kan een eicel bevruchten.’
Bepaalde doelgroep
In het onderzoek wordt de techniek beschreven als een alternatief voor methoden die nu gehanteerd worden om de beweeglijkheid van zaadcellen te versnellen. ‘Momenteel kan men, bij wijze van diagnostiek, kijken of zaadcellen nog leven via een kleuringsmethode met chemische producten. Deze zaadcellen kunnen nadien echter niet meer gebruikt worden voor behandeling. Om de beweeglijkheid van zaadcellen, die we voor de patiënt gebruiken, te versnellen, hanteren we een soort wassing om de bewegende zaadcellen te onderscheiden van de onbeweeglijke’, aldus de gynaecoloog.
Volgens de onderzoekers is hun techniek dus minder invasief, maar zou het vooral de kans op bevruchting sterk verhogen zonder dat intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI) tijdens in-vitrofertilisatie (IVF) nodig is. ‘Als je door deze techniek de beweeglijkheid van zaadcellen zo kunt boosten, kan je een klassieke IVF uitvoeren en de zaadcellen de eicel spontaan laten bevruchten, weliswaar in een schaaltje in het lab. Bij ICSI wordt één zaadcel rechtstreeks geïnjecteerd in de eicel, maar ook hier is het goed om een bewegende, en dus per definitie levende, zaadcel te injecteren in de eicel.’
‘Deze nieuwe techniek kan dus zeker nuttig zijn in de toekomst, maar voornamelijk voor één bepaalde doelgroep; bij mannen met heel weinig beweeglijke zaadcellen of alleen maar onbeweeglijke zaadcellen’, besluit Vanden Meerschaut.