Waarom hebben sommige mensen hooikoorts en anderen niet? Deze factoren spelen een rol.
De komst van de lente betekent niet alleen bloeiende bloemen en bomen, voor veel mensen is het ook het begin van het allergieseizoen. Wie last heeft van hooikoorts kan de bekende symptomen gaan opmerken, zoals niezen, jeukende ogen en een loopneus.
Hooikoorts, ook wel allergische rhinitis genoemd, treft tot 42 procent van de bevolking en kan tijdens de lente- en zomermaanden een aanzienlijke impact hebben op de levenskwaliteit.
Wanneer iemand met hooikoorts in contact komt met een allergeen (pollen), identificeert het immuunsysteem dit ten onrechte als een bedreiging. Om het te neutraliseren, produceert het immuunsysteem een antilichaam genaamd immunoglobuline E (IgE). De IgE-antilichamen hechten zich vervolgens aan mestcellen, een soort immuuncellen, die zich in de neus, ogen en longen bevinden.
Wanneer het allergeen in contact komt met de IgE-antilichamen op de mestcellen, veroorzaakt het de afgifte van histamine en andere eiwitten. Daardoor ontstaan ontstekingen en de symptomen van hooikoorts.
Maar waarom krijgen zoveel mensen hooikoorts en anderen niet? Er spelen verschillende factoren mee.
Genetica, immuniteit en milieu
Genetische factoren spelen een belangrijke rol bij het bepalen van iemands vatbaarheid voor hooikoorts. Verschillende genen, waaronder genen die betrokken zijn bij de regulering en reactie van het immuunsysteem, zijn in verband gebracht met een verhoogd risico op de ontwikkeling van hooikoorts.
Onderzoek heeft aangetoond dat de erfelijkheidsgraad (de mate waarin verschillen in de genen van mensen verantwoordelijk zijn voor variaties in hun eigenschappen) varieert van 33% tot 91% voor hooikoorts. Als je familieleden hooikoorts hebben, is de kans dus groter dat jij het ook hebt.
Het immuunsysteem van sommige mensen kan overreageren op allergenen, wat leidt tot een allergische reactie en de ontwikkeling van hooikoorts. Als je nog andere allergieën hebt of aan astma of eczeem lijdt, heb je een groter risico op de ontwikkeling van hooikoorts.
Door klimaatverandering begint het pollenseizoen eerder, duurt het langer en wordt het intenser
Omgevingsfactoren zoals blootstelling aan luchtvervuiling, tabaksrook en andere irriterende stoffen kunnen iemand ook vatbaarder maken voor hooikoorts. Dat kan het gevolg zijn van schade aan de neusholtes en het ademhalingssysteem, waardoor allergenen gemakkelijker het lichaam kunnen binnendringen en een allergische reactie veroorzaken. Ook de blootstelling aan passief roken op jonge leeftijd is een risicofactor voor de ontwikkeling van hooikoorts.
Sommige mensen zijn vatbaarder dan anderen omdat ze vaker of in grotere hoeveelheden aan allergenen worden blootgesteld. Dat kan bijvoorbeeld doordat ze in een gebied wonen met veel pollen of op het werk aan bepaalde allergenen worden blootgesteld.
Verschillen per seizoen
De hoeveelheid pollen of andere allergenen in de lucht kan van jaar tot jaar en van seizoen tot seizoen verschillen. In sommige jaren kan het aantal pollen hoger zijn, wat leidt tot ernstigere symptomen.
Weersomstandigheden, zoals temperatuur, vochtigheid en wind, kunnen de hoeveelheid en de verspreiding van pollen in de lucht beïnvloeden. Een regenachtige lente spoelt een deel van de pollen weg, terwijl een warme, droge zomer tot meer pollenproductie leidt.
Daarnaast kan het immuunsysteem van het lichaam in de loop van de tijd veranderen, wat invloed kan hebben op hoe het reageert op allergenen. Dat betekent dat iemand die in het verleden ernstige symptomen van hooikoorts had, mildere symptomen kan ondervinden naarmate hij ouder wordt.
Hooikoorts kan op elke leeftijd ontstaan, maar het komt vaker voor bij kinderen en jongvolwassenen. Naarmate iemand ouder wordt, kan het immuunsysteem minder reactief worden op allergenen, waardoor de symptomen afnemen.
Mensen kunnen in verschillende jaren of seizoenen aan verschillende allergenen worden blootgesteld. Dat kan een invloed hebben op de ernst van hun symptomen. Iemand die bijvoorbeeld allergisch is voor graspollen, zal op andere momenten getriggerd worden dan iemand die allergisch is voor bepaalde boompollen.
Levensstijlfactoren zoals stress, voedingspatroon en lichaamsbeweging kunnen het immuunsysteem beïnvloeden en bijdragen aan de ernst van hooikoortssymptomen. Stress kan bijvoorbeeld het immuunsysteem verzwakken, waardoor het gevoeliger wordt voor allergenen.
Ook de klimaatverandering speelt een rol. Het zorgt niet alleen voor een wijziging in de hoeveelheid en de samenstelling van het stuifmeel dat planten afgeven, maar ook voor een andere timing. Door de stijgende temperaturen en het toenemende gehalte van kooldioxide in de atmosfeer produceren sommige planten meer stuifmeel, terwijl andere soorten vroeger in het jaar bloeien. Dat betekent dat het pollenseizoen eerder begint, langer duurt en intenser wordt.
Vermijd allergenen: Probeer blootstelling te vermijden aan allergenen die je hooikoortssymptomen uitlokken. Dat kan betekenen dat je bij veel pollen beter binnen blijft of een masker draagt als je buiten werkt.
Gebruik luchtfilters: Overweeg om HEPA-filters (high efficiency particulate air filters) in je huis of op het werk te gebruiken om allergenen uit de lucht te helpen verwijderen.
Houd de ramen gesloten: Door ramen te sluiten bij veel pollen, voorkom je dat allergenen je huis binnendringen.
Neem antihistaminica: Dit zijn medicijnen die de symptomen van hooikoorts helpen verminderen door de effecten van histamine, dat vrijkomt tijdens een allergische reactie, te blokkeren.
Overweeg immunotherapie: Immunotherapie kan hooikoortssymptomen helpen verminderen door je immuunsysteem na verloop van tijd ongevoelig te maken voor specifieke allergenen.
Beheers je stress: Stress kan hooikoortssymptomen verergeren. Probeer het dus te beheersen met technieken zoals meditatie, yoga of diepe ademhalingsoefeningen.
Het is belangrijk om je arts te raadplegen voordat je begint met nieuwe medicijnen of behandelingen tegen hooikoorts.
Dit artikel verscheen eerder in The Conversation
Vertaling: Eva Van Waetermeulen