Een nieuwe studie en een nieuw onderzoeksinstrument tonen hoe plastic in zeeën en oceanen belandt, en hoe ver het hiervoor kan reizen. Spoiler alert: héél ver.
Dat de plasticvervuiling van zeeën en oceanen almaar toeneemt, is al een hele tijd bekend. Waarin zit dan het nieuwe van het onderzoek van ecologiewetenschapster en conservatiebiologe Emily Duncan (University of Exeter) en haar team? Ze zijn als het ware naar de bron gegaan.
Eerdere studies gaven aan dat tot 80 procent van dat plastic in zee belandt via stromen en rivieren. Maar hoe verloopt dat precies? En tot over welke afstanden? Om dit na te gaan ontwikkelden ze een nieuw, laagdrempelig en goedkoop meettoestel: voor recyclage ingeleverde plasticflessen van een halve liter, met daarin een zelfontworpen trackingtoestel dat werkt via gps-netwerken en satellieten.
Ze lieten 25 van die flessen drijven vanop verschillende locaties aan de oevers van de Ganges, een van de meest vervuilde rivieren ter wereld. Drie exemplaren dropten ze rechtstreeks in de Golf van Bengalen, waar de Ganges uitmondt in de Indische Oceaan.
De fles die de grootste afstand aflegde, overbrugde – hou je vast – bijna drieduizend kilometer. 2.845 km, om precies te zijn, omgerekend acht keer de volledige lengte van de Schelde. Of misschien nog veelzeggender: van de bron van de Rijn in de Alpen tot aan de monding in de Noordzee, dan weer helemaal terug naar de Alpen en vervolgens nog zo’n 400 km opnieuw richting Noordzee. En dat in amper 94 dagen bovendien, dus gemiddeld iets meer dan 30 km per dag.
Zowel de conclusie als de boodschap zijn duidelijk voor onderzoekleidster Duncan: ‘Onze boodschap-in-een-fles-methode toont aan hoe ver en hoe snel plastic zich over water kan verplaatsen. Het is een mondiaal probleem dat een mondiale aanpak vraagt, want elk stukje plastic dat in een rivier belandt, kan aan een andere kant van de wereld aanspoelen.’