Sinds 2017 sterven er in Europa massaal fijnsparren en sparren. Ook bij ons zijn hectaren vol kale stammen eerder regel dan uitzondering. De goudhaan, een bijzonder selectief vogeltje dat zijn nest bijna alleen in fijnsparren bouwt, heeft het dan ook moeilijk om een geschikte broedplaats te vinden.
Als je nog nooit een goudhaantje gezien hebt, ben je geen uitzondering. Met hun 8,5 cm zijn goudhanen de kleinste vogels van Europa. Bovendien leven ze in de toppen van fijnsparren en sparren. Groene vogeltjes in de toppen van altijdgroene bomen, die vallen niet erg op.
De laatste jaren zijn er hier ook echt weinig goudhaantjes. Natuurpunt vergeleek de waarnemingen op de site waarnemingen.be van de laatste tien jaar. Daaruit bleek er een flinke achteruitgang van het aantal broedparen sinds 2018. Die is vooral te wijten aan de gedecimeerde fijnsparren- en sparrenbestanden in onze contreien. Goudhaantjes zijn immers fijnsparspecialisten.
Meer dan 80 procent van de fijnsparren stierf in Vlaanderen tussen 2018 en nu. Ook veel lorken en sparren gingen dood, en in tuinen en parken de levensbomen. De bomen kwamen verzwakt uit de hete en droge zomers, en de letterzetter, een schorskever, maakte het werk af.
Relatieve broedpopulatie-index op basis van meldingen in waarnemingen.be, gecorrigeerd voor zoekinspanning. (2015=100%) (copyright Natuurpunt).
Logisch dat zo’n enorme vermindering aan broedplaatsen het goudhaantje parten speelt. Sinds 2018 is de helft van de broedpopulatie verlorengegaan. Er zijn ook veel minder broedparen van de zwarte mees dan vroeger, maar voor die vogel was de daling al langer aan de gang. Daarbij gaat het volgens Natuurpunt dus eerder om een direct effect van de klimaatopwarming. Bij soorten die typisch zijn voor loofbossen zoals de boomklever, de gaai, de glanskop en de middelste bonte specht is er geen verschil sinds 2017.
Beeld: Natuurpunt
Lees ook: Hoe kevers en schimmels naaldbossen uitdunnen
In zowat heel West-Europa hebben naaldbomen het erg moeilijk. Als ze niet opgegeten worden door de letterzetter, krijgen ze wel een schimmelinfectie. ‘Door de warmte putten ze hun ultieme waterreserve uit. Zo worden ze kwetsbaar.’