Oude foto’s zijn een onderbenutte bron van kennis. Ze kunnen wetenschappers vertellen hoe de natuur in de voorbije 200 jaar is veranderd. Ook jouw foto’s kunnen hieraan bijdragen.
Als kind ging ik vaak met mijn ouders op vakantie naar de Hoge Venen. We wandelden dan langs het Kruis der Verloofden. Het kruis werd opgericht ter nagedachtenis van François en Marie, en hun tragische verhaal. In januari 1871 wilde het verliefde koppel te voet van Jalhay naar Xhoffraix wandelen, om er de nodige documenten voor hun huwelijk op te halen. Ze werden verrast door een sneeuwstorm, en kwamen nooit aan. Terwijl ik er wandel, beeld ik me in hoe het koppel 130 jaar geleden door exact hetzelfde landschap wandelde. Maar was dat wel zo? Was het veenlandschap van toen hetzelfde als dat van vandaag?
Landschappen zijn continu in verandering. Bossen breiden uit of krimpen in, de samenstelling van de boomsoorten verandert. Sommige planten verdwijnen, andere verschijnen, of gaan zelfs woekeren. Gletsjers smelten jaar na jaar verder weg. De boomgrens in berggebieden schuift op. Door deze veranderingen in kaart te brengen, willen wetenschappers inzicht krijgen in hoe ecosystemen omgaan met nieuwe omstandigheden, bijvoorbeeld als gevolg van klimaatverandering. Deze inzichten zijn cruciaal als we ecosystemen via natuurbeheer weerbaarder willen maken tegen klimaatverandering.
Maar hoe zag het landschap er dan wel uit, meer dan honderd jaar geleden? Om dit te weten, zijn oude foto’s een erg belangrijke maar onderbenutte bron van kennis. Fotografie werd uitgevonden in 1826, toen de Fransman Joseph Nicéphore Niépce met een omgebouwde camera obscura het zicht vanuit zijn dakraam vastlegde op plaat. Met een geschiedenis van bijna twee eeuwen, kunnen foto’s ons dus ver terug in de tijd meenemen. In Ethiopië repliceerden wetenschappers foto’s uit 1868 om de trend in vegetatiebedekking in kaart te brengen, en te linken aan zowel het klimaat als de bevolkingsgroei.
Onderzoekers maakten foto’s van Himalaya expedities uit de jaren ’50 en ’70 opnieuw op exact dezelfde locatie, en toonden zo aan dat de boomgrens opschuift naar boven, dat gletsjers zich terugtrekken, en dat het waterniveau in gletsjermeren stijgt. Ook foto’s die helemaal niet genomen zijn met het oog op natuurbeheer of wetenschap, kunnen heel wat waardevolle informatie bevatten. Onderzoekers in Mexico gebruikten bijvoorbeeld oude familiefoto’s, genomen bij de Amacuzac rivier, om veranderingen in oevervegetatie te bestuderen.
Foto onder. Om veranderingen in begroeiing langs de oever van deze rivier te bestuderen, maakten wetenschappers o.a. gebruik van oude familiefoto’s. Historische foto: Collection Arturo Domíngez Brito, Amacuzac. Recente foto: Eufracio-Torres et al.
De grootste uitdaging in dit verhaal, is het terugvinden van oude foto’s, én de precieze locatie bepalen waar ze gemaakt werden. Bekende oriëntatiepunten – zoals bijvoorbeeld het Kruis der Verloofden – kunnen hierbij een rol spelen. Het zijn immers populaire wandelbestemmingen, waar vaak foto’s worden genomen. Een oproep bij het Kruis der Verloofden, met de vraag om je oude foto’s van die plek te delen met wetenschappers, zou ongetwijfeld de nieuwsgierigheid wekken van heel wat liefhebbers van de Hoge Venen.
Meer en meer dergelijke initiatieven worden opgezet om burgers te betrekken bij wetenschappelijk onderzoek via het delen van hun foto’s. In Spanje bijvoorbeeld, loopt momenteel een citizen science project: mensen worden opgeroepen om foto’s van vóór 1950 uit Ordesa y Monte Perdido Nationaal Park te delen met wetenschappers. Ook het rePhotoSA-project in Zuid-Afrika doet een beroep op burgers om historische landschapsfoto’s in te zamelen.
Maar je kan meer doen dan alleen oude foto’s verzamelen. Bijna iedereen heeft tegenwoordig een smartphone met camera op zak: een immense potentiële bron van informatie. Om deze bron te benutten, steken heel wat initiatieven de kop op. Enerzijds kan je actief bijdragen aan onderzoek door het maken en delen van foto’s via daarvoor ontworpen web platformen. Denk maar aan Waarnemingen.be en de internationale tegenhanger Inaturalist.org, waar natuurliefhebbers foto’s van planten en dieren kunnen delen, samen met de precieze locatie waar ze genomen werden.
Onderzoekers gebruikten deze foto’s bijvoorbeeld al om de timing van bloem- en zaadvorming bij look-zonder-look (een veel voorkomende plant in Europese loofbossen) te bestuderen. Anderzijds kan ook beeldmateriaal gepubliceerd met totaal andere doeleinden heel wat ecologische inzichten verschaffen. Denk bijvoorbeeld aan die selfie op de top van een hoge berg die je net beklommen had, uiteraard gedeeld op sociale media om je vrienden te imponeren. In 2018 gebruikten onderzoekers van de UGent zelfs VRT-archiefbeelden van de Ronde van Vlaanderen, om aan te tonen dat bomen nu vroeger in blad staan dan in de jaren ’80, en dat dit kan gelinkt worden aan hogere temperaturen in het voorjaar.
Foto onder. Voor hun onderzoek naar het tijdstip van bladontplooiing bij loofbomen in Vlaanderen, keken de onderzoekers voor één keer niet naar de wielrenners, maar naar de achtergrond. In deze tijdsreeks van 21 jaar, wordt telkens dezelfde populier bekeken. Het cijfer tussen haakjes is een score (van 0 tot 4) die aangeeft in hoeverre de boom al in blad staat. Foto: Flanders Classics, Studie: De Frenne et al. 2018 (Methods in Ecology and Evolution)
De beschikbaarheid van beeldmateriaal groeit exponentieel, mede dankzij smartphone camera’s en sociale media. In fotoarchieven ligt een schat aan kennis begraven. Toch worden foto’s eerder sporadisch gebruikt in ecologisch onderzoek. In een snel veranderende wereld moeten we alle beschikbare gegevens optimaal benutten. Het is daarom belangrijk dat wetenschappers bewust worden gemaakt van de waarde en het potentieel van foto’s om diverse onderzoeksvragen te beantwoorden.
Daarnaast kan je ook als burger je steentje bijdragen door in te gaan op oproepen om archieffoto’s te delen, door deel te nemen aan burgerwetenschap projecten op basis van foto’s (ga de nature challenge aan, fotografeer de zee, of ga op zoek naar fruit en groenten in de schilderkunst), en door je foto’s correct te archiveren. Bij een volgend bezoekje aan mijn ouders, duik ik alvast eens in de fotoalbums. Wie weet vind ik wel een familiefoto bij het Kruis der Verloofden!?
Meer over dit onderzoek: Depauw, L., Blondeel, H., De Lombaerde, E., De Pauw, K., Landuyt, D., Lorer, E., Vangansbeke, P., Vanneste, T., Verheyen, K. & De Frenne, P. (2022). The use of photos to investigate ecological change. Journal of Ecology, 110, 1220– 1236. https://doi.org/10.1111/1365-2745.13876