We worden blootgesteld aan te veel lawaai. Dat heeft negatieve gevolgen voor onze fysieke en mentale gezondheid. Stiltegebieden en luwte-oases zijn slechts een deel van de oplossing.
In een 24-uurseconomie is het nooit echt stil. Voor veel mensen waren de strenge coronalockdowns een eyeopener. Over steden en dorpen daalde een rust neer die ons leek terug te voeren tot vroeger tijden. Maar vergis je niet, de pauzeknop werd slechts tijdelijk ingedrukt. Sinds september is het op de weg al even druk als voor de pandemie, met een stevige inbreng van het doorgaand vrachtverkeer. En als er in het woon-werkverkeer al een shift aan de gang is naar deelauto’s en de fiets, dan blijft die vooralsnog bescheiden. Het aantal ingeschreven personenwagens in België bereikte dit jaar weer een recordhoogte, na de terugval in 2020.
Naast het verkeer – zowel op de weg als op het spoor en in de lucht – zijn windturbines en vrijetijdsactiviteiten de voornaamste bronnen van geluidshinder in dichtbevolkte gebieden. De Wereldgezondheidsorganisatie berekende ooit dat ongeveer 40 procent van de Europeanen blootgesteld wordt aan te veel verkeers-lawaai (meer dan 55 decibel). In datzelfde rapport bleek dat respectievelijk 20 en 30 procent van de Europese bevolking overdag (meer dan 65 dB) en ’s nachts (meer dan 55 dB) te hoge waarden ondergaan. Ter vergelijking: een gesprek tussen twee mensen in een kamer is goed voor 50 dB.
Lawaai maakt stressgevoelens los, want voor onze voorouders was lawaai een teken van mogelijk gevaar
De gevolgen voor de volksgezondheid zijn negatief. Bevolkingsonderzoek is moeilijk, want er spelen altijd meerdere oorzaken een rol. Toch wordt geluidsoverlast meer en meer gelinkt aan hart- en vaatziektes en dus aan vroegtijdige overlijdens. Lawaai maakt stressgevoelens los. Daar is een evolutionaire verklaring voor. Voor onze voorouders vormde lawaai een betekenisvol sein. Het was een teken van mogelijk gevaar. De vecht- of vluchtreactie die lawaai teweegbrengt gaat gepaard met hormonale reacties die op termijn nefast zijn voor het vaatstelsel. Helaas kunnen we ons gehoor niet uitschakelen.
Voor een dossier over lawaaihinder trok Eos-redacteur Ilse Boeren van de Belgische hoofdstad, een van de luidste plekken van het land, naar een stiltegebied langs de Schelde 30 kilometer noordelijker gelegen. Het dichtbevolkte Brussel is doorvlochten met wegen en trein- en tramsporen. Boven de hoofdstad liggen ook de meeste afvliegroutes van Brussels Airport. Leefmilieu Brussel meet op 22 plaatsen het verkeerslawaai, en beschikt dus over vrij accurate blootstellingskaarten. Het is aan het beleid om daarmee aan de slag te gaan.
Volledig stil is het in het stiltegebied in Bornem evenmin, met overbelaste wegen in de buurt en drukke scheepvaart op de Schelde. Maar de geluiden van de natuur overheersen er wel degelijk. Dit is een van de tien Vlaamse stiltegebieden, en het enige dat pal in de zogenaamde Vlaamse ruit (Gent-Antwerpen-Leuven-Brussel) ligt. De andere zijn verspreid over dunner bevolkte gebieden van Limburg of Oost- en West-Vlaanderen. Daar zijn de normen makkelijker te halen. De Vlaamse overheid wil de komende jaren inzetten op luwte-oases in stedelijke omgevingen. Net als stiltegebieden dragen ze vooral bij aan de bewustmaking. Hopelijk blijft het daar niet bij.