Dit voorjaar werd meteen een van de droogste ooit. De gevolgen lieten zich onmiddellijk voelen.
Acht jaar geleden brachten we in Eos een artikel met elf scenario’s die zouden kunnen leiden tot het einde van de wereld en de mensheid. De aanleiding was pseudowetenschappelijke onzin – de aflopende Mayakalender – en we wilden de lezer zeker niet de stuipen op het lijf jagen. Wie lag er nu wakker van een meteorietinslag, een nakende kernoorlog, de uitbarsting van een supervulkaan, zelfbewuste killerrobots of een catastrofale pandemie? De mensheid vernietigen zal het vandaag rondwarend SARS-CoV-2-virus niet lukken, maar voortaan gaan we wel iets minder licht over mogelijke calamiteiten.
Klimaatverandering was nog een van de scenario’s, met ook bij ons meer extreme weersituaties. In de eerste maanden van dit jaar viel er ontzettend veel neerslag, je herinnert je die opeenvolgende weekendstormen in februari nog wel. Het regende zoveel dat, voor het eerst na drie droge zomers, de waterreserves eindelijk weer op peil waren.
Denken we over een aantal jaren met heimwee terug naar die occasionele heidebrand?
Maar april was een gruwelijk droge maand. Dit voorjaar werd meteen een van de droogste ooit. De gevolgen lieten zich onmiddellijk voelen. In het Nationaal Park De Meinweg in Nederlands Limburg woedde midden april dagenlang een bosbrand, even later onderging het Turnhoutse domein De Liereman hetzelfde lot. Zijn bosbranden vanaf nu niet meer ver van ons bed en denken we over een aantal jaren met heimwee terug naar die occasionele heidebrand?
Lage waterstanden van grote rivieren zijn nog zo’n graadmeter. Twee jaar geleden was het peil van de Rijn in Duitsland zo laag dat er een tijdlang geen scheepvaart mogelijk was. Ook nu, begin mei (bij moment van schrijven, red.), noteerde men er op diverse plaatsen een bijzonder lage waterstand. Normaal is dat een fenomeen dat zelfs voor de zomermaanden uitzonderlijk heet.
De Antwerpse bioloog Jan Staes schat dat het algemene grondwaterpeil in Vlaanderen nu ongeveer een halve meter lager is dan in de jaren 1950. Slechts een kwart van het hemelwater sijpelt voldoende door in de grond, de rest verdampt of wordt meteen weggedraineerd via riolen en rivieren.
De impact van ongecontroleerde waterwinning op de waterstand is misschien beperkt, maar in de nieuwe Eos tonen experts zich toch bezorgd. Door de opeenvolgende droge zomers gingen veel particulieren over tot het boren van een eigen waterput, om zo de beperkingen op het gebruik van leidingwater te omzeilen. Niet iedereen geeft zijn waterput aan en de impact ervan op de diepergelegen drinkwatervoorraden is niet duidelijk.
Mogelijk zijn tussen 10 en 20 procent van de waterwinningen illegaal. De technologie om zowel particulieren als de industriële en landbouwbedrijven te controleren is voorhanden. Boormachines verplicht uitrusten met gps kan illegale boringen terugdringen, drones en satellietbeelden brengen alle irrigaties in beeld en sensors kunnen permanent het grondwater monitoren. Het komt erop aan om deze tools ook daadwerkelijk te gebruiken.
Handhaving is een van de speerpunten in de nieuwe waterbeleidsnota van Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir. Ze heeft ook de ambitie om de verhardingsgraad met een vijfde terug te dringen.
De knelpunten van droog Vlaanderen zijn al langer bekend, en de recepten ook: stoppen met de open ruimte dicht te bouwen, waar mogelijk de bodem ontharden, en zorgen voor spaarbekkens en infiltratiegebieden die overtollige neerslag vasthouden. Kortom, er moet snel een stringente betonstop komen.
Dat zal enige politieke moed vergen.