Niet alleen wilde zalmen maken handig gebruik van het aardmagnetisch veld om hun positie te bepalen en hun weg te vinden in zeeën en rivieren.
In 2014 ontdekten Amerikaanse biologen dat de chinookzalm – een zalmsoort die voorkomt in het noorden van de Stille Oceaan, tussen Rusland en Noord-Amerika, net als vogels een ‘interne gps’ bezitten. Met die gps kunnen ze de richting van het aardmagnetisch veld detecteren, en aan de hand van de kromming van de magnetische veldlijnen ‘voelen’ ze als het ware waar ze zich bevinden. Belangrijk, want zalmen staan erom bekend dat ze voor hun voortplanting verafgelegen paaiplekken opzoeken. Die liggen meestal in rivieren gelegen aan de zeeën waarin ze leven.
Nu blijkt uit werk van dezelfde onderzoekers dat ook zalmen die in Noord-Amerikaanse meren leven – en die daarin gekweekt worden voor menselijke consumptie – het aardmagnetisch veld voelen, en dit bovendien kunnen gebruiken om hun weg te vinden. Bijzonder, want de zoetwaterzalmen behoren tot een ander geslacht dan de chinookzalm en leven al tientallen jaren in meren, waarbij ze de gps-navigatie op het eerste gezicht ook niet nodig hebben.
De biologen brachten een duizendtal zalmen van een meer in Oregon over naar een watertank in hun lab, dat ze omgeven hadden met spoelen van koperdraad om een magnetisch veld op te wekken. Uit het gedrag van de zalmen konden de onderzoekers duidelijk opmaken dat de vissen het veld voelden.
"Mogelijk gebruiken de zoetwaterzalmen hun interne gps om rechte lijn te zwemmen, om de kortst mogelijke weg naar het wateroppervlak vinden"
Mogelijk gebruiken de zoetwaterzalmen de interne gps om in hun meer te navigeren – niet om grote trajecten te kunnen afleggen, maar om in rechte lijn te zwemmen om de kortst mogelijke weg naar het wateroppervlak te vinden.