Tijdens de zesde International Workshop on Active Tectonics, Paleoseismology and Archaeoseismology in Pescina, Abruzzo, Italië, herdachten we de honderste verjaardag van de M7,0 Avezanno-aardbeving, die op 13 januari 1915 lelijk huishield in de Abruzzische Fucinovlakte.
Stadjes, zoals Avezanno en Pescina, werden zo goed als met de grond gelijk gemaakt. Maar het 'hoogtepunt' van deze bijeenkomst van aardbevingsdeskundigen was toch het bezoek aan de Aternovallei, ten noordoosten van de Fucinovlakte in het Alpiene Abruzzo, en in het bijzonder de stad L'Aquila, bijna dag op dag zes jaar geleden getroffen door een M6,3 aardbeving (6 april 2009). Deze 'middelzware' aardbeving liet niet alleen 309 slachtoffers achter, maar bracht ook een juridische naschok teweeg.
Het eerste wat je vaststelt wanneer je door de Aternovallei rijdt, is het wijdverbreide karakter van de schade. Bovenuit elk stadje torenen kranen. In elk dorpje vind je wel huizen en monumenten die volledig ingebonden zijn met metalen kabels en/of een metalen 'exoskelet' om te vermijden dat ze instorten in afwachting van restauratie.
Door in de vallei rond te rijden, besef je voor welke ongelooflijke opdracht men hier zes jaar geleden plots stond. Niet alleen bij de search and rescue onmiddellijk na de aardbeving, maar ook en vooral nadien in de fase van herstel.
Je krijgt toch wel respect voor de overheden die al het herstel dat overal in de vallei zichtbaar is - van nieuwbouwwijken tot versterkte infrastructuur - in zes jaar voor elkaar krijgen ... een echt huzarenstuk! Overal zie je ook naast de nieuwbouwwijken, de wijken met de zogenaamde 'Moduli Abitativi Provvisori', kortweg M.A.P..
Deze wijken met tijdelijke containerwoningen lijken wel een moderne variant van wat je in de stadjes in de Fucinovlakte nog steeds ziet ... 100 jaar na de Avezanno-aardbeving. Hoe tijdelijk zullen deze M.A.P. in de Aternovallei dan wel zijn? Toch één kanttekening: duurzaamheid lijkt me in de wederopbouw niet echt een prioriteit, al dragen vele daken in de nieuwbouwwijken wel zonnepanelen. Een gemiste kans?
De uitdagingen in de Aternovallei zijn vele malen groter dan in de Napavallei in California, na de M6.0 aardbeving op 24 augustus 2014. Vooreerst heeft dit natuurlijk te maken met de verschillende fysische karakteristieken van beide aardbevingen (bv. magnitude), maar ook en vooral met de verschillende graad van kwetsbaarheid van het gebouwenarsenaal in beide regio's. De oude, vaak historische, stads- en dorpskernen in Abruzzo zijn zovele malen kwetsbaarder dan de relatieve nieuwbouw in California.
En dat wordt overduidelijk in de oude stadskern van L'Aquila. Het oude L'Aquila is nu een grote bouwwerf. Zowat elk gebouw staat in de steigers en volledig ingebonden. Grootschalige restauratieprojecten zijn aan de gang, van paleizen tot kerken. Deze indrukwekkende bouwactiviteit in het oude L'Aquila staat toch wel in contrast met wat elders gebeurt in de getroffen dorpjes en stadjes in de Aternovallei. Het lijkt dan ook dat de restauratie van deze prachtige, historische stad uitgegroeid is tot een prestigeproject voor de Italiaanse overheid ... maar ook voor de (buitenlandse) sponsors.
We bezochten de restauratiewerken aan het 18e eeuwse Palazzo Ardinghelli. Dit paleis wordt nu in al zijn oude glorie hersteld ... beseffend dat dit paleis voor april 2009 reeds zwaar in verval was. Rusland financiert dit project. Uiteindelijk blijkt de aardbeving de aanleiding te zijn geweest om dit paleis te restaureren. Dus ja, elke crisis kan ook omgeturnd worden tot een gelegenheid ... iets wat we te weinig benadrukken naar aanleiding van dergelijke natuurrampen. Het historisch L'Aquila zal er uiteindelijk veel mooier uitzien dan ooit ... met het gevaar dat het uitgroeit tot een soort 'toeristisch pretpark', een soort Abruzzisch Disneyland.
Maar deze 'goednieuwsshow' slaat snel om wanneer je de oude stadskern verlaat richting het 'moderne' L'Aquila, vooral gebouwd in de jaren '50 en '60 van de vorige eeuw. Je komt terecht in een ware oorlogszone, compleet onbewoond (en onbewoonbaar), compleet leeg, oorverdovend stil. Alles lijkt hier alsof de tijd zes jaar geleden is blijven stilstaan. Aan het ene appartement hangt de was nog buiten, nu grauw en grijs. In een ander appartement zie je nog hoe een zware kleerkast op het bed terechtgekomen is. En plost besef je dat in dit stadsdeel alleen al 135 van de 309 slachtoffers gevallen zijn ... en dat grijpt je naar de keel!
Deze schade is eigenlijk buiten alle proportie, rekening houdend met de relatief middelmatige magnitude van de aardbeving (M6,3). Maar een combinatie van een opmerkelijke horizontale piekversnelling van 0,7g, het versterkend effect van de ondergrond, maar ook een vooral de slechte kwaliteit van de gebouwen, werd deze gebouwen fataal. A propos, een kleine kanttekening: aan geen enkele van de bankgebouwen is een barstje te bespeuren. Blijkbaar kan het dus wel, aardbevingsbestendig bouwen in het 'moderne' L'Aquila ...
L'Aquila en omgeving zal herrijzen uit het aardbevingspuin, mooier dan ooit ... en laat ons hopen, ook aardbevingsbestendiger dan ooit. Kleine tot middelzware aardbevingen zouden dan geen al te grote problemen meer mogen opleveren, laat staan een rechtszaak. Ook tegen de volgende zware aardbeving zou L'Aquila beter dan ooit moeten gewapend zijn, al doet deze zich pas voor binnen enkele eeuwen. Maar er is een 'ongemakkelijke' keerzijde aan deze medaille. Want wat met al die andere stadjes en dorpen in Abruzzo, in Umbria, in Toscana, in Emilia Romagna, ... kortom over de hele lengte van de Apennijnen, van in de Povlakte in het Noorden tot in het puntje van Calabria in het Zuiden. De vraag is immers welk stadje in de nabije toekomst hetzelfde noodlot zal ondergaan als L'Aquila ...
Avezanno 1915, L'Aquila 2009, de twee 'hoogtepunten' van mijn bezoek aan Abruzzo, zijn maar twee aardbevingscatastrofes in een lange lijst. Dit is het ultieme noodlot waarmee Italië al eeuwen lang mee leert om te gaan ... en dat zal niet anders zijn in de toekomst. En hoe goed men zich ook voorbereidt op het overmijdelijke, het blijft steeds weer een hele uitdaging om een aardbevingscrisis om te vormen in een unieke, toekomstgerichte gelegenheid.