Toen de laatste ijstijd over haar hoogtepunt heen was, en de aarde langzaam weer warmer werd, steeg ook de CO2-concentratie in de lucht fors. Wetenschappers hebben nu – eindelijk – de oorzaak van die natuurlijke uitstoot gevonden.
In de millennia na het laatste glaciale maximum (circa 21.000 jaar geleden), belandde er een enorme hoeveelheid koolstofdioxide in de atmosfeer. Tijdens twee afzonderlijke fasen steeg de concentratie in de lucht eerst met vijftig ppm (deeltjes per miljoen luchtdeeltjes), en vervolgens met dertig ppm. De totale aanwas van de CO2 is vergelijkbaar met wat de mens sinds de start van de industrialisering in de atmosfeer heeft gepompt – vandaag ligt de concentratie nét boven de 400 ppm.
Dat die prehistorische uitstoot van natuurlijke oorsprong was, is nogal wiedes. Bovendien wisten wetenschappers al dat de koolstofdioxide afkomstig moest zijn geweest van koolzuur in de diepe oceaan. Maar hoe het broeikasgas precies in de atmosfeer is beland, was niet duidelijk.
Tot nu dus. Een team van oceanografen heeft een stroming in de Stille Oceaan kunnen identificeren die CO2 uit de diepzee aan de oppervlakte brengt in de buurt van Antarctica, waar het vervolgens de atmosfeer invliegt. De diepwatercirculatie strekt zich helemaal uit over de Stille Oceaan, van Antarctica tot aan Alaska, maar door haar trage voortgang hebben klimaatwetenschappers haar invloed op de atmosferische CO2-concentratie altijd onderschat.
De circulatie doet er dan ook liefst duizend jaar over om water vanaf de Zuidpool noordwaarts te sturen, en weer terug. De Amerikaanse wetenschappers hebben echter ontdekt dat de circulatie in vroegere tijden veel krachtiger en sneller functioneerde – tot wel drie keer zo snel. Daardoor kon ze tijdens de opwarming na de laatste ijstijd zo veel koolstofdioxide vanuit de oceaan in de atmosfeer brengen.
Volgens de vorsers is de Pacifische ‘Noord-Zuidcirculatie’ gevoelig voor de temperatuur van het oceaanwater. Ze waarschuwen dan ook dat ze door de huidige opwarming straks weer een versnelling hoger kan gaan schakelen, waardoor er nog meer CO2 de lucht ingaat.