Eos Blogs

Waarom “wortels” beter werken dan “stokken” bij ecolabels

Hoe dragen ecolabels op voedselproducten bij aan de welvaart van boeren? We doken in het ontwerp van deze labels en ontdekten dat de zogenaamde “wortels” het meest effectief zijn in het verhogen van de inkomsten van gecertificeerde boeren.

Europese boeren kunnen met hun tractor naar Brussel rijden wanneer ze niet tevreden zijn met hun werkomstandigheden. Maar boeren die ons dagelijks kopje koffie of reep chocolade telen, hebben die luxe vaak niet. Zij bevinden zich in het Globale Zuiden, met een inkomen waarvoor de Europese landbouwer waarschijnlijk al lang de handdoek in de ring zou hebben gegooid. Om de duurzaamheidsomstandigheden voor deze boeren te verbeteren, zijn er diverse standaardzetters, zoals Rainforest Alliance en Fairtrade, ontstaan. Hun bekende logo’s, zoals de kikker van Rainforest Alliance of het groenblauwe Fairtrade-label, vind je steeds vaker op verpakkingen. Vooral in regio’s waar kleinschalige boeren actief zijn, winnen deze ecolabels aan populariteit. Zo is meer dan 25% (!) van de cacao- en koffieproductie wereldwijd inmiddels gecertificeerd. Toch blijft er veel discussie onder wetenschappers over hoe effectief ecolabels zijn in het verbeteren van duurzaamheid.

Ecolabels proberen boeren duurzamer te laten produceren door sociale, economische en/of ecologische aspecten te verbeteren. Hiervoor kiezen de standaardzetters verschillende designelementen. Nee, we hebben het hier niet over een design à la Coco Chanel of Georgio Armani, maar over hoe de standaardzetters interventies opzetten om ervoor te zorgen dat de boeren voldoen aan hun vereisten, zodat de ecolabels hun uiteindelijk beoogde impact bereiken. Om beter in kaart te brengen waarom ecolabels soms wel of geen effect hebben, onderzochten we in een recente studie wat de typische designelementen zijn die ecolabels gebruiken en welke het grootste effect hebben op de inkomsten van landbouwers. We ontdekten drie belangrijke designelementen, die we kunnen vergelijken met een wortel (beloning) of een stok (opgelegde regels):

  • Regelhandhaving (stok-methode): Ecolabels vereisen naleving van een reeks regels of aanbevelingen rond duurzame productie, zoals het verbod op bepaalde pesticiden of verplichtingen om waterzuinig te werken. Dit kan helpen om duurzamer te boeren, maar brengt vaak ook hogere kosten met zich mee.
  • Ondersteuning (wortel-methode): Ecolabels kunnen boeren ook technische en financiële ondersteuning bieden om hun welvaart te verbeteren, hetzij direct, of indirect via betere handhaving van regels. Zo kan een training over bodemkwaliteit zowel de opbrengst verhogen, de kosten van input verlagen door verbeterde bodemvruchtbaarheid, als de naleving van bepaalde regels of aanbevelingen verbeteren.
  • Marktstimuli (wortel-methode): En dan zijn er nog de marktstimuli om producenten te compenseren voor de kosten van het implementeren van duurzamere productiepraktijken. Bijvoorbeeld, hogere prijzen voor gecertificeerde producten of betere toegang tot bepaalde exportmarkten kunnen de welvaart van boeren direct een duw in de rug geven.
Coöperatie van cacaoboeren in Peru die gecertificeerd is met het Organic label. Organic heeft een sterkte focus op handhaving van regels rond duurzame landbouwpraktijken, en in mindere mate een focus op ondersteuning en het geven van marktstimuli.

Wat werkt het best?

Nadat we het design onder de loep genomen hadden, onderzochten we hoe het design de inkomsten van kleinschalige boeren beïnvloedt. Hiervoor vergeleken we gecertificeerde boeren (gecertificeerd met Fairtrade, Organic en/of GlobalGAP) met niet-gecertificeerde kleinschalige boeren in Peru door gebruik te maken van een nationaal representatieve enquête over de periode 2016-2019, aangevuld met interviews.  

Wat ontdekten we? Uit ons onderzoek in Peru blijkt dat "wortels" – dus marktstimuli en ondersteuning – de inkomsten van boeren meer verbeteren dan "stokken" of regelhandhaving. De top drie van best werkende designelementen is als volgt:

  1. Marktstimuli staan voorop: Marktstimuli verhogen de inkomsten van boeren met maar liefst 138%. Dit komt vooral door prijsverhogingen, gevolgd door verbeterde markttoegang. Minimumprijzen (enkel bij Fairtrade) vertoonden geen effect in onze studie, wat te maken kan hebben met het laag aantal Fairtrade gecertificeerde boeren in onze steekproef of met de wereldmarktprijs die vaak hoger was dan de minimumprijs gedurende die periode.
  2. Ondersteuning volgt op de tweede plaats: Ondersteuning leidt tot een inkomstenstijging van 10%, voornamelijk door technische ondersteuning, gevolgd door training en marktinformatie. Toegang tot krediet blijkt geen effect te hebben omdat gecertificeerde boeren geen betere toegang hadden tot financiële leningen dan niet-gecertificeerde boeren. Maar als de toegang tot krediet wordt verbeterd, kan dit de inkomsten wel aanzienlijk verhogen volgens onze bevindingen. Ondersteuning heeft ook een positief effect op de naleving van de regels en aanbevelingen met maar liefst 19%.
  3. Geen effect van regelhandhaving met specifieke landbouwpraktijken: We vinden geen bewijs dat regelhandhaving van bepaalde landbouwpraktijken de inkomsten van boerderijen in Peru verbetert. Dit is verrassend, aangezien ecolabels worden geacht landbouwpraktijken te verbeteren, resulterend in hogere opbrengsten. We vinden wel dat, indien er betere naleving is van aanbevelingen specifiek rond grondbewerking, watermonitoring en plaagbestrijding, dit wel tot aanzienlijke verbeteringen in inkomsten kan leiden. Ook ontdekten we dat 27% van de biologisch gecertificeerde boerderijen nog steeds anorganische pesticiden gebruiken – wat volgens de regels verboden is. Uit interviews blijkt dat dit vaak komt door problemen zoals onpraktische vereisten, slechte vertaling en handhaving op het veld, of boeren die niet op de hoogte zijn van hun certificeringsstatus.
Resultaten van de top drie best werkende designmechanismen waardoor ecolabels een effect hebben op de inkomsten van boerderijen. Op plaats één staan de marktstimuli, op plaats twee de ondersteuningsmechanismen, en op plaats drie de regelhandhaving.

De algehele effecten waren echter tijdens de periode 2016-2019 niet sterk genoeg om aanzienlijke inkomstensstijgingen te realiseren in het geval van Peru, zoals ons vorig onderzoek reeds aantoonde.

Wat betekent dit nu voor de toekomst van ecolabels?

Onze bevindingen tonen aan dat een slim ontwerp van ecolabels cruciaal is, en dat er aanpassingen nodig zijn om de inkomsten van kleinschalige boeren in Peru echt te verbeteren. Maar hoe kunnen we ecolabels nu beter maken? Wij stellen drie voornaamste actiepunten voor:

  1. Versterk zowel “wortels” als “stokken”: We weten uit ons onderzoek welke wortels en stokken het meest positieve effect hebben op de inkomsten, dus deze hebben het grootste potentieel. Bij markstimuli blijken dit de prijsverhogingen te zijn; bij ondersteuning zijn dat het verbeteren van de toegang tot krediet naast technische ondersteuning en training; en bij regelhandhaving is dat het verbeteren van de normering en handhaving van grondbewerking, watermonitoring en plaagbestrijding.
  2. Vind de juiste balans: Hoewel "wortels" beter blijken te werken dan "stokken", moet er een balans zijn. Interviews met belanghebbenden geven aan dat een overmatige nadruk op "wortels" kan leiden tot een wildgroei aan nieuwe ecolabels en een overaanbod aan gecertificeerde producten. Dit kan problematisch zijn, want indien de vraag van de consument lager is dan het aanbod van gecertificeerde producten door landbouwers, is er een kans dat gecertificeerde boeren geen hogere prijs krijgen voor al hun gecertificeerde producten. Bijgevolg wordt het voor boeren moeilijker om de duurzamere praktijken die opgelegd worden door de ecolabels, die vaak hoge kosten en inspanning vereisen, te implementeren.
  3. Betrek boerenorganisaties: Boerenorganisaties, zoals coöperaties, spelen vaak een belangrijke rol bij de certificering van kleinschalige boeren, gezien certificering meestal via deze organisaties verloopt. De impact van deze boerenorganisaties op de implementatie van “wortels” en “stokken” blijkt echter te verschillen. Ze blijken geen belangrijke rol te spelen bij de handhaving van regels, maar blijken wel een belangrijkere rol te spelen in de ondersteuning van boeren dan ecolabels alleen, en versterken bovendien de marktstimuli die ecolabels bieden. Een op maat gemaakte aanpak in het design van ecolabels en verbeterde betrokkenheid van boerenorganisaties in het veld is daarom noodzakelijk.

Kortom, om ervoor te zorgen dat ecolabels echt een verschil maken voor de welvaart van kleinschalige boeren in Peru, moeten de standaardzetters blijven inzetten op het verbeteren van het design van deze ecolabels. En wij als consument kunnen de inkomsten van gecertificeerde boeren helpen te verhogen door te kiezen voor gecertificeerde producten zodat de prijsverhogingen, hetgeen het grootste effect heeft op hun inkomsten, gegarandeerd blijven. Zoals de bekende designer Yves Béhar zegt: 'Design is een middel voor positieve verandering in de wereld.'