Vogels erfden gekleurde eierschalen van hun dinovoorouders.
Het vermogen om gekleurde eierschalen te maken is slechts één keer in de loop van de evolutie ontstaan, melden paleontologen in het vakblad Nature. De moderne vogels erfden die eigenschap van hun dinosauriërvoorouders.
Van alle dieren die vandaag eieren leggen met een harde of leerachtige schaal – reptielen, vogels en enkele zoogdieren – zijn de vogels de enige die gekleurde eieren produceren. Lange tijd gingen wetenschappers ervan uit dat die kleuring voor het eerst bij vogels is ontstaan. Dat zou helpen hun eieren aan het zicht te onttrekken in de diverse omgevingen waarin ze leven en het eigen legsel te onderscheiden van eieren van nestparasieten zoals de koekoek.
De roodbruine en blauwgroene pigmenten die voor de vlekken en spikkels op sommige vogeleieren zorgen, zijn recent echter ook aangetroffen in fossiele dino-eieren. Bleef de vraag: hebben vogels het vermogen om gekleurde eieren te leggen geërfd van hun voorouders, of is die eigenschap in de loop van de evolutie meerdere keren ontstaan?
Gekleurde dino-eieren
Duitse en Amerikaanse wetenschappers gingen op zoek naar sporen van pigmenten in fossiele eieren van vertegenwoordigers van alle groepen binnen de dinosauriërs. Die vonden ze in de eierschalen van alle dieren die behoren tot de Maniraptora – een groep kleine en vaak bevederde dinosauriërs, die op twee poten liepen, zoals de Velociraptor. Ook de vogels maken deel uit van die groep. In fossiele eieren van minder nauw met de vogels verwante dinosauriërs vonden ze geen pigment.
Bovendien is de manier waarop de pigmenten in de eierschaal zijn afgezet identiek bij vogels en hun nauwe dinoverwanten. Beide vaststellingen doen volgens de wetenschappers vermoeden dat gekleurde eieren één keer in de evolutie zijn ontstaan, en dat de vogels het genetische gereedschap daarvoor van hun dinosauriërvoorouders hebben geërfd.
Voor de voorouders van de vogels vervulden gekleurde eieren vermoedelijk dezelfde functie, zegt paleontoloog Koen Stein (VUB), die niet bij het onderzoek betrokken was. ‘Nestparasitisme kwam al voor in het Jura (200 tot 140 miljoen jaar geleden). En de voorouders van de vogels bouwden voor zover bekend enkel open nesten. Het was dus belangrijk de eieren te beschermen. De dino’s kampten met dezelfde problemen als de vogels vandaag.’