Thee drinken beïnvloedt vrouwelijk DNA

Wetenschappers weten al langer dat onze levensstijl en omgevingsfactoren kunnen leiden tot epigenetische veranderingen. De term omvat alle processen die genactiviteit beïnvloeden zonder de DNA-sequentie te veranderen. De best gekende epigenetische verandering is methylatie, de toevoeging of verwijdering van een methylgroep op de DNA-streng. Een gen kan daardoor aan- of uitgezet worden.

Zweedse wetenschappers onderzochten of koffie- en theeconsumptie ook epigenetische veranderingen in de hand kunnen werken. Vorige studies suggereerden immers dat zowel koffie als thee een rol spelen in het onderdrukken van tumorgroei en het afzwakken van ontstekingen. De twee dranken zouden bovendien het oestrogeenmetabolisme beïnvloeden, dit allemaal door epigenetische veranderingen.

Voor het onderzoek vulden 3096 Europeanen een vragenlijst in over hun koffie- en theeconsumptie en stuurden een bloedstaal op. De wetenschappers analyseerden methylatie vervolgens op meer dan 400.000 plaatsen verspreid over het hele genoom.

De resultaten zijn opmerkelijk. Koffie drinken leidt niet tot epigenetische veranderingen in het bloed. Thee drinken daarentegen wel, maar enkel bij vrouwen. Veel van de geobserveerde methylaties  werden gevonden in genen die betrokken zijn bij kanker en het oestrogeenmetabolisme. Vorige studies toonden al aan dat thee drinken samenhangt met verminderde oestrogeenproductie en met een verminderd risico op het ontwikkelen van kanker. De vermoedens dat de gezondheidseffecten van thee het gevolg zijn van epigenetische veranderingen worden dus versterkt.

De studie geeft geen uitsluitsel over hoe gezond het is om thee te drinken. In hoeverre deze epigenetische veranderingen onze gezondheid exact beïnvloeden is voer voor verder onderzoek.