Wat de boer niet kent
28 september 2012 door Eos-redactieBoodschappen doen kan er niet; de Nanosupermarkt laat alleen zien welke nanoproducten binnen 10 jaar in de schappen liggen.
Er staat een rij, als in een echte supermarkt. En hoe langer de rij, hoe meer mensen er aansluiten. Een van de wachtenden: ‘Waarom ik naar de Nanosupermarkt wil? Weet ik veel, hier staat een rij.’ Boodschappen doen kan er niet; de Nanosupermarkt laat alleen zien welke nanoproducten binnen 10 jaar in de schappen liggen.
Het is een omgebouwde SRV-wagen vol hippe toekomstgadgets. Wijn, die je in de magnetron op smaak kan brengen. Voor de ene gast serveer je zo een glas Merlot en voor de ander een Montepulciano. Een verkleurende ketting reageert op je lichaam – je kan in één oogopslag zien hoe het met de drager gaat. En een doe-het-zelf-setje, waarmee je een paar huidcellen kan laten uitgroeien tot een velletje huid. Voor hyperpersoonlijke liefdesbrieven of het testen van cosmetica, lokt de folder.
Maar een kleine steekproef onder het winkelend publiek wijst uit dat niemand de huid wil: ‘Dat is echt smerig.’ Ook het twitterimplantaat voor in je tand (tand twittert over wat je eet) belandt in het lijstje ‘eng of walgelijk’. Eigenlijk valt alles af wat in of op het lichaam moet. Wat willen we dan wel, uit die winkel vol exotische nanodingen? Met stip op één: het meest gewone ding wat er te krijgen is. Wallsmart: een potje muurverf. Wel met een nanotouch, natuurlijk: je kan de kleur na het verven veranderen. Iedere week een nieuw kleurtje op de muur, dat wil Eindhoven wel. Maar verder hoeft die nanotechnologische revolutie voorlopig niet te gaan. Gelukkig is er nog één vrije geest in dé technologiestad van het land – een jongeman die de Nanolift wil. Een soort botox die je zelf in vorm kan kneden. ‘Doe mij maar dat nieuwe gezicht’ ■ Anouck Vrouwe