Bewegen is goed. Maar niet als het een manier is om te ontsnappen aan mentale problemen.
Er zijn twee manieren om aan hardlopen te doen, stellen Noorse onderzoekers. De eerste draait om een cognitief proces van zelfontplooiing. Je realiseert jezelf, je denkt na over wat belangrijk voor je is, je laat je gedachten gaan over je plannen en verlangens. De tweede manier houdt verband met een tegenovergesteld proces van zogenaamde zelfonderdrukking. Via sporten hou je onaangename gedachten of emoties op afstand. Zo wordt sporten escapisme: je ontsnapt aan een pijnlijke mentale toestand. Je hoeft even niet te denken aan het aanpakken van problemen, of piekeren over pijnlijke episodes uit het verleden. Dat komt doordat langdurige fysieke inspanning leidt tot een afname van hersenactiviteit in de frontale kwab.
Goed plan? Toch niet. Uit het Noorse onderzoek blijkt dat de ‘escapisten’ na het hardlopen een dip in hun welzijn ervaren. Daardoor hebben ze de neiging snel opnieuw te gaan sporten, om te vergeten hoe slecht ze zich voelen. Zo ligt een sportverslaving op de loer.
Om daar uit te geraken, is er maar één oplossing: identificeren wat je motivatie is om te sporten. Als je beseft dat je moet hardlopen om aan problemen te ontsnappen, dan moet je die problemen aanpakken, eventueel met een therapeut. Sport kun je beter reserveren voor zelfontplooiing. Want vergeten, zelfs met sportschoenen aan, duurt niet lang.