In sommige talen is verdriet vergelijkbaar met angst en bezorgdheid. Andere talen zien verdriet juist soortgelijk aan spijt.
Elke taal heeft zijn eigen woord voor bijvoorbeeld verdriet. Maar betekenen al die woorden wel hetzelfde? Staan ze voor dezelfde emotionele ervaringen? Uit onderzoek van de Amerikaanse University of North Carolina en het Max Planck Institute in Duitsland blijkt van niet. Het kan per taal verschillen welke begrippen of beelden er bij een specifieke emotie horen, menen de onderzoekers.
De psychologen en neurowetenschappers maakten een overzicht van alle emotiewoorden uit bijna 2500 talen die twee of meer betekenissen hebben. In wetenschappelijke termen worden zo’n woorden ook wel colexifications genoemd. Denk in het Nederlands aan het woord ‘bank’. Dat is zowel een zitmeubel als een financiële instelling.
In sommige talen is er bijvoorbeeld maar één woord voor verdriet, angst en bezorgdheid.
Daaruit bleek dat verschillende talen emoties op verschillende manieren beschrijven. In sommige talen is er bijvoorbeeld maar één woord voor verdriet, angst en bezorgdheid. Terwijl andere talen juist hetzelfde woord voor zowel verdriet als spijt gebruiken. Ook geografie blijkt een rol te spelen. Hoe dichterbij elkaar de verschillende talen gesproken worden, hoe meer gelijkenissen de talen kennen.
In stukjes hakken
Waarom bestaan die verschillen? Volgens Jos van Berkum, hoogleraar Communicatie, Cognitie en Emotie (Universiteit Utrecht), is die vraag lastig te beantwoorden. ‘Zulke verschillen tussen culturen ontstaan meestal door toevallige historische gebeurtenissen die samenhangen met de geografische isolatie. Om diezelfde reden hebben we bijvoorbeeld in Nederland en België Sinterklaas en in Amerika de Kerstman. ‘Elke taal heeft zijn eigen manier om dingen te benoemen en om de wereld op verschillende manieren ‘in stukjes te hakken’’, legt Van Berkum verder uit. ‘In Japan gebruiken ze bijvoorbeeld het woord ‘amae’ om een plezierig gevoel van afhankelijkheid van anderen aan te duiden. Voor dat concept heeft het Nederlands geen woord. Overigens bestaan die verschillen niet alleen voor emotiewoorden, maar ook voor bijvoorbeeld woorden om kleuren mee te beschrijven’, vertelt Van Berkum.
Universele emoties
Volgens de auteurs van de studie delen alle talen emoties in ieder geval op in positieve of negatieve emoties en kunnen alle talen een mate van arousal beschrijven, ofwel de heftigheid van het gevoel. Specifieke emoties zijn, volgens de auteurs, culturele constructies. Niet alle wetenschappers zijn het met dat laatste eens. Emotiewetenschappers voeren namelijk al tientallen jaren een fel debat over het al dan niet bestaan van universele emoties. In het andere kamp, waar Van Berkum zich bij aansluit, denken onderzoekers dat mensen en dieren via evolutie een aantal specifieke emoties hebben gekregen. ‘Zo zijn we voorbereid op standaardproblemen die bij de mens vaak voorkomen’, meent Van Berkum.
Invloed van taal en cultuur op gevoel
Hoeveel invloed hebben taal en cultuur op onze gevoelens? ‘We kunnen allemaal interesse, woede, liefde en angst voelen. De meeste talen hebben dan ook veel overlap in emotiewoordgebruik’, zegt Van Berkum. ‘Maar dat betekent niet dat we bij die emoties precies hetzelfde beeld hebben. Je cultuur zorgt mogelijk dat je bepaalde emotionele toestanden in bepaalde contexten anders waardeert. Zo is het in sommige culturen gebruikelijker om bij een begrafenis als man je verdriet te laten zien dan in andere culturen. De beleving is daarmee mogelijk ook anders. Daarnaast beïnvloedt je woordenschat wat je denkt, voelt en doet’, gaat Van Berkum verder. ‘Maar in mijn optiek slechts een beetje. De eerste snelle emotionele reactie is toch grotendeels een automatisch biologisch verschijnsel. Pas als je stil staat bij de bewuste beleving van bepaalde gebeurtenissen zal taal een rol spelen.’
De bevindingen zijn gepubliceerd in het vakblad Science.