Boekinterview

‘Bijna ieder verschil tussen partners is te overbruggen’

‘We zijn op elkaar uitgekeken.’ ‘Onze karakters botsen te veel.’ Wanneer een stel besluit om uit elkaar te gaan, zijn dat vaak de redenen. Met de juiste hulp was een breuk misschien niet nodig geweest.

Geef ons de kalmte om te accepteren wat we niet kunnen veranderen, de moed om te veranderen wat we kunnen, en de wijsheid om het verschil te zien. Het gebed om kalmte, geformuleerd in de wij-vorm, vormt de essentie van de Integrated Behavioural Couple Therapy (IBCT-therapie), een therapievorm die bij ons nog relatief onbekend is. Een aantal jaar geleden kwam psycholoog Pietenel Dijkstra op het spoor van de methodiek die eind vorige eeuw in de Verenigde Staten is ontwikkeld. Ze was meteen enthousiast. ‘Voor stellen is het vaak één grote brij. Ze willen graag dat het anders gaat, maar ze slagen er niet in om hun problemen op te lossen. Dat komt omdat ze zich blijven richten op zaken die niet anders kunnen. Tijdens IBCT-therapie leren ze eerst om deze zaken te accepteren. Daarna krijgen ze handvaten om aan de slag te gaan met wat ze in hun relatie wel kunnen veranderen.’ 

Voor collega-hulpverleners schreef Dijkstra samen met Aerjen Tamminga een toegankelijk boek: IBCT Relatietherapie: Behandelprotocol in 10 sessies. Het vernieuwende zit in de eerste vier sessies die zich richten op acceptatie. De laatste zes sessies zijn afkomstig uit het oude protocol voor relatietherapie dat gebaseerd is op gedragstherapeutische technieken. 

Pieternel Dijkstra 

Pieternel Dijkstra is sociaal psycholoog en werkzaam als wetenschappelijk onderzoeker, auteur, trainer, coach en relatietherapeut. Ze heeft meer dan twintig boeken geschreven over uiteenlopende onderwerpen en voor verschillende doelgroepen. 

 

 

Het is vaak al lastig om jezelf helemaal te accepteren. Hoe krijg je mensen zover dat ze hun partner accepteren? 

‘Wederzijdse acceptatie ontstaat als mensen vanuit zachte emoties als angst, onzekerheid en spijt met elkaar leren praten. Dat proces noemen we empathische aansluiting. Het zorgt voor verbinding en onderling begrip, terwijl het tonen van boosheid en minachting juist leidt tot het uitvergroten van onderlinge verschillen. Stel, geld is een gevoelig punt. Zij geeft het graag uit, hij wil sparen. Als de vrouw dan thuiskomt met een impulsieve grote aankoop, zal de man geneigd zijn om boos uit te vallen. Ik vraag hem dan naar het gevoel onder die boosheid. Misschien voelt de man zich eenzaam omdat hij het gevoel heeft in zijn eentje verantwoordelijk te zijn voor de financiën. Als hij dat laat zien, zal zijn partner meer begrip voor hem kunnen opbrengen. In de ideale wereld leren partners hun verschillen niet alleen te accepteren, maar gaan ze die zelfs als waardevol beschouwen. De een wordt wat losser, de ander neemt wat meer verantwoordelijkheid.’ 

‘Wederzijdse acceptatie ontstaat als je vanuit zachte emoties met elkaar praat. Zoals angst, onzekerheid en spijt’

‘Op cognitief niveau creëer je acceptatie door partners vanaf een afstandje naar hun ruzies te laten kijken. Dat proces noemen we gezamenlijke onthechting. Partners gaan dan ontdekken dat ze in een destructief communicatiepatroon met elkaar zitten dat losstaat van wie ze zijn. ‘Oh, mijn partner is geen klootzak, wij communiceren alleen niet zo handig met elkaar.’ Ook krijgen ze meer oog voor elkaars gevoeligheden. ‘Mijn vrouw vat dingen snel als kritiek op, maar dat is niet zo vreemd als je bedenkt dat ze vroeger veel is gepest.’’ 

‘Dus: bij emotionele aansluiting duik je in de emoties, terwijl gezamenlijke onthechting zorgt voor een rationelere kijk. Partners kunnen dan, eindelijk, kalm praten over de onderwerpen die hen zo verdelen.’

Met sommige eigenschappen zullen partners misschien toch moeite blijven houden.

‘Dat klopt. Het is de bedoeling dat partners voor die eigenschappen tolerantie ontwikkelen, dat ze elkaars beperkingen een beetje door de vingers leren te zien. De vraag wordt dan: hoe kunnen we ervoor zorgen dat jullie relatie niet meer zo lijdt onder de dingen die jullie irritant vinden van elkaar, maar die nu eenmaal bij jullie horen? Een vrouw kan zich er bijvoorbeeld enorm aan storen dat haar man een huismus is. Hoe erg is dat werkelijk? Het doel is om een compromis te sluiten, zodat de behoefte van de vrouw om er samen met haar introverte partner op uit te trekken toch nog enigszins wordt bevredigd.’ 

Hoe maak je onderscheid tussen dingen die je wel en niet kunt veranderen? 

‘Sommige mensen zeggen: ‘Zo ben ik nu eenmaal’. Dat is een ontzettende dooddoener. Natuurlijk heb je bepaalde persoonlijke eigenschappen, maar je kunt wel iets veranderen aan het gedrag dat daaruit voorkomt. Ik gebruik vaak de metafoor van een elastiek. Hoe ver kun je jezelf uitrekken ter wille van de relatie zonder dat het elastiek stukgaat? Mensen moeten een stukje uit hun comfortzone stappen, zonder zichzelf pijn te doen. Een introvert kan best een keer mee naar een feestje, maar niet iedere avond. Als partners willen dat hun relatie werkt, is praktisch elk verschil te overbruggen.’

IBCT werd ontwikkeld uit onvrede met de resultaten van traditionele relatietherapie op gedragstherapeutische basis. Uit onderzoek blijkt echter dat IBCT het op lange termijn niet beter doet dan traditionele relatietherapie. 

‘Als je naar de uitkomsten kijkt, zie je inderdaad weinig verschillen tussen IBCT en traditionele relatietherapie. Maar het proces is wel anders. Bij traditionele therapie moeten mensen, hup, meteen aan de slag. Bij IBCT gaan ze eerst door een proces van acceptatie, waardoor het veranderingsproces makkelijker verloopt.’ 

Tijdens Emotionally Focused Therapy (EFT) leren partners ook om elkaar op een open en veilige manier te benaderen. Wat is het verschil tussen EFT en IBCT? 

‘Volgens het EFT-gedachtegoed zijn destructieve communicatiepatronen altijd het gevolg van een onveilige hechting (aan de ouders, in de vroege kinderjaren, wat vaak gevolgen heeft voor latere, andere relaties, red.) Bij EFT is het primaire doel dus om te werken aan een veilige hechting. Een IBCT-therapeut herleidt niet alles tot de hechtingsproblematiek. Een introvert en een extravert kunnen flink ruziën, ook als ze beiden veilig gehecht zijn. IBCT draait om het accepteren van onderlinge verschillen, of die nou voortkomen uit een onveilige hechting of niet. Er is ook een praktisch verschil. Bij EFT moet alles in de sessies zelf gebeuren; bij IBCT krijgen cliënten na iedere sessie huiswerk mee. Dat is het gedragstherapeutische stuk: als partners op een andere manier met elkaar willen leren communiceren, dan moeten ze dat oefenen.’

Wat is de grootste valkuil voor beginnende IBCT relatietherapeuten? 

‘Om op de inhoud te gaan zitten. Het doet er niet toe waar mensen ruzie over hebben, je moet erboven gaan hangen. Stel, je wil een koppel laten praten vanuit zachte emoties. Je stimuleert ze steeds opnieuw om vanuit hun eigen gevoel te praten, maar iedere keer gaan ze weer ruziemaken. Dan kun je als therapeut heel hard je best gaan doen of je kunt zeggen: ‘Ik zie dat het voor jullie heel lastig is om zachte emoties te tonen, wat vinden jullie daar nu zelf van?’ Anders ben je zelf keihard aan het werk, terwijl die cliënten keihard aan het werk moeten zijn. Jij moet niet hun problemen oplossen, dat moeten ze zelf doen.’