Moet u straks voor een publiek uw nieuwjaarswensen uitspreken? Misschien kunnen deze tips helpen.
1. Weg met de plankenkoorts
Angst is goed. In noodsituaties zorgt angst ervoor dat we van ons afbijten of op de vlucht slaan. Maar vaak zijn we ook op het verkeerde moment angstig – bijvoorbeeld wanneer we een goed gevulde zaal moeten toespreken.
Bent u gevoelig voor plankenkoorts, dan hebt u de keuze uit een aantal tactische oplossingen. De zogenoemde cognitieve methodes gaan ervan uit dat we door gericht denken onze gevoelens kunnen beheersen. Om negatieve gedachten te bannen, kunnen we ze bijvoorbeeld neerschrijven. Op een rustige plaats en op een rustig moment kunnen we ze opnieuw bekijken en door positieve ideeën vervangen. Bang om een korte speech te geven? Herinner u dan een goed gesprek met uw zoon of dochter. Bang iets te zullen vergeten? Herinner u dan hoe goed u vrienden een verhaal kunt vertellen.
Belangrijk is ook het te nemen risico goed in te schatten. Beslis dus welke waarde een prestatie voor u heeft. Veronderstel dat u faalt, is dat dan het einde van de wereld? Is uw gemoedsrust echt afhankelijk van een overweldigend succes? Op langere termijn is hoe waardevol u bent niet afhankelijk van één enkele prestatie, maar wel van bijvoorbeeld een gelukkig gezinsleven of het al dan niet hebben van goede vrienden.
Een andere techniek om faalangst te overwinnen is desensitisatie. Na een initiële begeleiding door een expert, kunt u deze techniek helemaal alleen toepassen. Desensitisatie is gebaseerd op het feit dat iemand die geregeld in eenzelfde angstaanjagende situatie verkeert, daar gradueel aan went. De eerste stap om angst voor spreken in het openbaar te verminderen, is dat u zich inbeeldt dat u tot uw altijd begrijpende partner, broer of zus spreekt. Daarna kunt u uw voordracht voorlezen voor een goed(e) vriend(in). Bij een volgende stap spreekt u al voor een aantal kennissen en gebruikt u alleen nog een paar op kaartjes genoteerde geheugensteuntjes. Daarna kan u uw publiek uitbreiden met wat onbekenden. Ten slotte moet het ook lukken voor een volle zaal.
Sommige therapeuten behandelen in de eerste plaats de lichamelijke angstsymptomen. Ze leren ons bijvoorbeeld rustig ademen. Er zijn ook oefeningen (zoals die van Jacobson) waarmee we progressief en systematisch onze spieren leren beheersen.
Ligt aan de basis van de plankenkoorts een gebrek aan psychische stabiliteit, dan kan de techniek van desensitisatie en reprocessing door oogbewegingen worden toegepast. Nogal wat psychologen echter zijn er geen voorstander van en de techniek mag alleen door een voor deze methode opgeleid therapeut worden toegepast. De cliënt wordt geconfronteerd met angstaanjagende situaties of gevoelens, terwijl – door zich te concentreren op verschillende lichtpunten of handbewegingen – de linker- en de rechterhersenhelft elkaar leren afwisselen. Door die activiteit blijkt volgens voorstanders van deze methode de emotionele druk te worden verlaagd en wordt tegenover de gevreesde opdracht een meer positieve houding opgewekt.
Plankenkoorts voor een speech kan zeker ook worden vermeden of verminderd door die beter voor te bereiden. Bestudeer de inhoud tot u die volledig beheerst, schrijf de hele presentatie uit en oefen ze alleen en voor een paar vrijwilligers in tot u de speech zelfs in uw slaap zou kunnen afsteken. Van plankenkoorts is dan misschien helemaal geen sprake meer.
2. Neem een Power Pose aan
Amy Cuddy is een beroemdheid geworden na haar succesvolle TED-talk uit 2012, waarin ze betoogde dat het zin heeft om voor een belangrijk gesprek of ontmoeting op een stil plekje (misschien het toilet?) twee minuten een power-pose aan te nemen. De professor aan Harvard Business School demonstreerde in die TED-talk een power-pose met een beeld van de Amerikaanse stripheldin Wonder Woman: de benen gespreid, rechte rug, de ellebogen naar buiten en twee vuisten stevig in de zij. We hoeven er niet aan te twijfelen dat Amy Cuddy zelf – ze is maar 1.65 lang – zich voor haar TED-talk in de kleedkamer even flink groot heeft gemaakt in een power-pose.
Talloze studies laten zien dat zowel mensen als dieren die zich machtig en sterk voelen dit uitstralen met een expansieve lichaamshouding. Ze maken het lichaam zo groot mogelijk, strekken armen en benen zo ver mogelijk van het lichaam en nemen zoveel mogelijk ruimte in beslag. Chimpansees pompen hun longen vol lucht en steken hun borstkas zo ver mogelijk naar voren om te laten zien hoe dominant ze zijn.
Dezelfde studies van non-verbaal gedrag tonen aan dat mensen en dieren die zich angstig, bedreigd of machteloos voelen, zoveel mogelijk in elkaar kruipen, zichzelf zo klein mogelijk maken. Ze houden alle ledematen zo dicht mogelijk tegen de torso, waarbij armen en benen elkaar vaak kruisen.
Dit is dus duidelijk: emoties en attitudes vertalen zich in lichaamshoudingen. Amy Cuddy vroeg zich af of het omgekeerde misschien ook waar kan zijn. Haar experiment toonde aan dat het aannemen van een bepaalde lichaamshouding fysiologische, psychologische en gedragsmatige veranderingen veroorzaakt. Cuddy deinsde er niet voor terug om daar verstrekkende consequenties aan te verbinden. ‘Yes, you can fake it till you make it’, zei ze in haar TED-talk van 2012. Ze betoogde dat mensen zich door het aannemen van power-poses beter kunnen voorbereiden op moeilijke situaties, zoals sollicitatiegesprekken, spreekbeurten, vragen om salarisverhoging en voor zichzelf opkomen in een groep. Juist mensen die zich chronisch onzeker en machteloos voelen, kunnen volgens Cuddy op die manier hun gedrag op positieve wijze veranderen en daardoor succesvoller worden.
3. Charisma hebben kunt u leren
Sommige mensen hebben ‘het’: ze kunnen schijnbaar moeiteloos de stemming en het gedrag van hun medemensen beïnvloeden. Psychologen hebben echter ontdekt dat deze magische uitstraling geen eenrichtingsverkeer is. Iemand kan alleen een charismatisch leider worden door interactie met anderen – en het aura kan ook snel weer verbleken.
Wat betekent het begrip charisma eigenlijk? Vrijwel iedereen heeft wel een idee van wat ermee wordt bedoeld, maar het is nog niet zo eenvoudig er een duidelijke definitie van te geven. Psychologen houden zich al ongeveer drie eeuwen bezig met die geheimzinnige uitstraling van bepaalde individuen, die maakt dat zij hun medemensen weten te betoveren en invloed uitoefenen op hun stemming en gedrag, ja zelfs op hun persoonlijke waarden en normen.
De onderzoekers zijn het er wel grotendeels over eens dat charisma – in tegenstelling tot wat de etymologie van het woord zou doen vermoeden (charisma komt is afgeleid van het Griekse charis, dat ‘gave’ betekent) – geen permanente karaktereigenschap is. Misschien ligt charisma – net als schoonheid – ‘in the eye of the beholder’, zoals organisatiepsycholoog Bernard Bass het uitdrukte.
Volgens de Amerikaanse psychologen Katherine Klein en Robert House ontstaat charisma als een vuur, waarvoor het individu slechts de eerste vonk levert. Om mogelijk te maken dat anderen door die vonk worden ‘aangestoken’ en ‘in vuur en vlam’ raken, zijn de juiste omstandigheden (de ‘zuurstof’) nodig en een bepaalde vorm van interactie. De door Klein en House ontwikkelde similarity hypothesis (‘gelijksoortigheidshypothese’) stelt dat een persoon vooral dan als charismatisch wordt ervaren wanneer zijn/haar volgelingen het gevoel hebben dat ze op hem/haar lijken. Als het vuur van het charisma eenmaal is ontvlamd, heeft het vaak een zeer krachtig effect op het gedrag van de volgelingen.