De coronacrisis laat zich stevig voelen, ook op het vlak van mentale gezondheid. Wie houdt het nog vol en wie is echt depressief? En hoe help je anderen die in een diep dal zitten?
De coronacrisis laat zich stevig voelen, ook op het vlak van mentale gezondheid. Een op de zes Belgen kampt momenteel met een depressie; bij jongeren vertoont een op de drie symptomen. Een forse stijging. Stress, eenzaamheid en vermoeidheid eisen hun tol. Het is moeilijk gemotiveerd te blijven voor je studie als je alleen via een scherm contact hebt met docenten en medestudenten. En dat geldt ook voor volwassenen die moeten telewerken – als ze tenminste nog werk hebben. Zelfs nu de vaccinatiecampagne op volle toeren draait, blijft het lastig. Alsof het virus nog eens stevig natrapt.
Wie houdt het nog vol en wie is echt depressief? Hoe help je anderen die in een diep dal zitten? Dat lees je in de nieuwe Psyche&Brein. Niet denken dat je het zelf kunt oplossen, luidt de boodschap. Probeer er vooral te zijn voor je dierbare en probeer hem of haar met zachte dwang richting professionele hulpverlening te duwen. Volgens de officiële criteria is iemand depressief als hij of zij gedurende twee weken voortdurend somber is en slecht slaapt. Of een verlies van interesse vertoont en zich niet meer kan concentreren. Daarnaast zijn er nog andere combinaties van symptomen mogelijk. Bij jongeren kan achter opstandig gedrag of agressie een depressie schuilgaan.
Het is afwachten welke gevolgen deze crisis op lange termijn heeft
“We verwachten spontaan herstel bij een deel van de jongeren”, stelt psycholoog Caroline Braet gerust in een interview voor het magazine. “Maar bij een kwetsbare groep van acht procent verwachten we dat de klachten onverminderd hoog zullen zijn.” Dat zijn vooral jongeren met genetische kwetsbaarheid, een gevoelig temperament of ingebakken negatieve denkpatronen.
Het is afwachten welke gevolgen deze crisis op lange termijn zal hebben. Niet alleen op het gebied van depressies. Zijn we veerkrachtiger dan we denken? Of zal deze pandemie blijvende gevolgen hebben voor baby’s, kinderen en jongeren die tijdens kritieke periodes in hun ontwikkeling maandenlang hebben moeten leven met mondkapjes rond zich, met angst voor anderen, zonder voldoende lichamelijk contact, zonder feestjes en zonder vrienden?