'De deelnemers die meer risico’s namen tijdens de studie, hadden een grotere amygdala'
Amerikaanse wetenschappers onderzochten 108 gezonde jongeren. Ze legden de proefpersonen een aantal scenario’s voor en bevroegen hen over het financiële risico dat ze zouden nemen. Zo moesten ze kiezen tussen het krijgen van een bepaald bedrag, of de kans om een nog hoger bedrag te krijgen, of juist helemaal geen geld te ontvangen. Daaruit bleek dat alle deelnemers andere keuzes maakten. Sommigen namen vaak het risico, en anderen bijna nooit.
Daarnaast ondergingen de jongeren een hersenscan. Met behulp van fMRI en Defusion Tensor Imaging (DTI) konden de wetenschappers specifieke verbindingen in het brein bekijken. De onderzoekers waren vooral geïnteresseerd in de amygdala en de mediale prefrontale cortex (mPFC). De amygdala speelt een rol bij angst, en de mPCF onder andere bij het maken van beslissingen. Ook werd naar de verbindingen tussen de twee hersengebieden gekeken.
De deelnemers die meer risico’s namen tijdens de studie, hadden een grotere amygdala. Bovendien hadden zij minder verbindende zenuwbanen tussen de amygdala en de mPFC, maar wel meer functionele, ofwel nuttige, verbindingen dan de proefpersonen die weinig risico’s namen.
Uit eerder onderzoek bleek al dat verbindingen tussen de amygdala en de mPFC een rol spelen bij de ontwikkeling van depressie en angststoornissen.
Hoe deze verbindingen in het brein een rol spelen bij grotere economische beslissingen, zoeken de wetenschappers nu uit. Mogelijk ontwikkelen ze zelfs een tool om op individueel niveau in te schatten hoeveel financiële risico’s iemand durft te nemen. Zo zouden ze individuen advies op maat kunnen aanbieden.