Dure woorden die niks betekenen, ze zijn alomtegenwoordig. Praatjesmakers gebruiken ze om grote schares volgers te verzamelen. Hoe doorzie je dat geraaskal?
Praatjesmakers spreken rustig en ietwat plechtig, en ze zetten een heel arsenaal aan trucs in. Let op deze technieken:
1. Kennishiaten opvullen
Er zijn veel dingen tussen hemel en aarde waarover we niets weten. Toch blijft de oude regel uit de wetenschapstheorie gelden: de afwezigheid van bewijs is nog geen bewijs van afwezigheid. Of: een gebrek aan bewijs bewijst nog niet dat iets wel of niet waar is. Het is niet omdat wetenschappers geen idee hebben hoe de reusachtige stenen beelden op Paaseiland zijn ontstaan, dat dit bewijst dat ze daar door buitenaardse wezens zijn geplaatst.
2. Vermeende autoriteit opvoeren
Ook erkende wetenschappers kunnen het, ondanks hun titels en verdiensten, bij het verkeerde eind hebben of zich achter bedenkelijke stellingen scharen. Een voorbeeld is biochemicus en nobelprijswinnaar Kary Mullis (1944-2019), die de polymerasekettingreactie (PCR) uitvond, de basis voor de PCR-test. Mullis betwijfelde of aids door het hiv-virus wordt veroorzaakt en geloofde in contact met buitenaardse wezens. Over het algemeen is het uiteraard zinvol om naar experts te luisteren, maar soms kan een geïsoleerde mening er ver naast zitten en misbruikt worden als vermoedelijk bewijs. Zeker als het gaat om uitspraken die buiten het vakgebied van de expert liggen. Iets soortgelijks geldt voor topsporters: het is niet omdat iemand topprestaties levert, dat zijn voedings- of trainingstips helemaal kloppen.
3. Een correlatie vaststellen als causale relatie
Dit is een wijdverbreide illusie: we denken snel dat fenomenen die gelijktijdig optreden oorzaak en gevolg zijn. Mensen die koolhydraten en eiwitten nooit samen in één maaltijd eten, leven misschien langer. Maar dat heeft niet per se iets met hun voeding te maken. Misschien letten zij globaal meer op hun gezondheid. Dwarsdenkers cultiveren dezelfde vergissing als ze alleen maar kijken naar wie baat heeft bij bepaalde maatregelen. Als internetbedrijven profiteren van de coronalockdowns, zitten zij – volgens deze logica – achter de strenge overheidsmaatregelen en misschien zelfs achter de hele pandemie.
4. Een schrikbeeld ophangen
Door uitspraken te sterk te vereenvoudigen, kunnen ze makkelijk in diskrediet worden gebracht. Maar lang niet iedereen die gelooft in het bestaan van twee biologische geslachten is transfoob. En de vaststelling dat het gemiddelde IQ in verschillende landen sterk uiteenloopt, is nog geen racisme.
5. Gebruikmaken van volksgeloof en clichés
Wat iedereen of de meerderheid gelooft, is niet per se waar. Veel mensen zweren bijvoorbeeld bij homeopathie of zijn bang voor elektromagnetische straling. Maar voor geen van beide zaken is er enig medisch bewijs.
6. Valse tegenstellingen opbouwen
Praatjesmakers herleiden complexe kwesties vaak tot een simpel ‘zus of zo’ (ook ‘dichotomie’ genoemd). Eén optie stellen ze daarbij graag als negatief voor, de andere is dan de ‘enig mogelijke’. Volgens het motto ‘wie niet voor ons is, is tegen ons’ ronselen ze steun voor hun standpunt.
7. Een strovuur aansteken en afleiden
Een beproefde retorische truc is om van slagveld te veranderen en verwarring te zaaien met irrelevante informatie. Een voorbeeld: ‘alcohol verbieden verandert niets aan het feit dat veel mensen longkanker krijgen door te roken’. Dat kan best zijn, maar heeft niets met de pro’s of contra’s van een alcoholverbod te maken.
8. Vragen om een milder oordeel
Als niets meer helpt, kun je nog altijd beweren dat de wetten van de logica en semantiek de ‘diepe waarheid’ niet kunnen bijbenen. Op die manier maken aanhangers van esoterie zichzelf immuun voor argumenten. Wie de zinnigheid van hun beweringen niet erkent, bezit gewoon nog niet de benodigde wijsheid of heeft de juiste bewustzijnsfase nog niet bereikt.