In het sperma van vroeger mishandelde mannen is een moleculair spoor van het trauma zichtbaar.
Een team wetenschappers van de Universiteit van British Colombia en Harvard Universiteit onderzochten het DNA van 34 volwassen mannen. Een deel van hen is als kind mishandeld.
Op twaalf verschillende plekken op het DNA bevonden zich meer methylgroepen bij de vroeger mishandelde deelnemers dan bij de vrijwilligers zonder trauma. Methylgroepen zijn moleculen die ervoor zorgen dat onderliggende genen niet meer, of in mindere mate, tot expressie kunnen komen. De methylering van het DNA valt onder de term epigenetica: het vakgebied dat de invloed van de omgeving op de expressie van genen bestudeert. We weten al langer dat dit soms gebeurt.
"Kinderen waarvan de ouders als kind mishandeld zijn, lopen een grotere kans op afwijkingen in neurologische ontwikkeling of fysieke gezondheid"
Kinderen waarvan de ouders als kind mishandeld zijn, lopen een grotere kans op afwijkingen in neurologische ontwikkeling of fysieke gezondheid. En bepaalde stressoren bij dieren kunnen voor veranderingen in DNA-methylering en genexpressie bij de nakomelingen zorgen. Daarom keek deze studie specifiek naar het sperma van de mannen.
Hoewel het DNA van de vroeger mishandelende mannen op een aantal plaatsen meer methylgroepen had dan dat van de proefpersonen met een jeugd zonder mishandeling, is het onduidelijk of het de gezondheid van de mannen aantast. De methylgroepen betekenen niet dat de mannen levenslang last hebben van wat ze in hun kinderjaren meemaakten, waarschuwen de onderzoekers. Bovendien is het nog altijd onduidelijk of de methylering de bevruchting wel overleeft en dus een effect heeft op hun kinderen. Voer voor vervolgonderzoek.
De resultaten zijn gepubliceerd in het tijdschrift Translational Psychiatry