Zonder stress zijn we meer gefocust op goed nieuws dan op slecht nieuws.
Een team van Britse en Amerikaanse wetenschappers bezorgde een groepje gezonde vrijwilligers flink was stress. De deelnemers zouden een publieke toespraak moeten houden. Althans dat werd ze verteld. Een ander deel van de proefpersonen kreeg die mededeling niet.
Vervolgens kregen alle vrijwilligers veertig nare gebeurtenissen voorgeschoteld. Bijvoorbeeld betrokken raken bij een auto-ongeluk of slachtoffer worden van fraude. De deelnemers moesten inschatten hoe groot de kans was dat zo’n gebeurtenis in hun leven zou plaatsvinden. Daarna kregen ze goed óf slecht nieuws. Het goede nieuws was dat de kans om zoiets mee te maken in het echt kleiner was dan hoe groot ze hem hadden ingeschat. En het slechte nieuws betekende dat de kans eigenlijk groter was. De deelnemers moesten daarop nog een keer een inschattingen maken.
De niet gestreste proefpersonen waren optimistischer dan de deelnemers die het idee hadden dat ze een speech moesten geven. Dat wil zeggen dat goed nieuws een grotere impact had dan slecht nieuws. Goed nieuws zorgde voor een behoorlijke daling terwijl slecht nieuws het percentage maar een klein beetje liet stijgen. Bij de gestreste deelnemers bleef deze ‘optimistische bias’ uit. Goed en slecht nieuws brachten een soortgelijke verschuiving in het geschatte risico met zich mee. De onderzoekers voerden dezelfde studie uit met brandweerlieden. De stress kwam hier ‘vanzelf’ omdat dit onderdeel van hun baan is.
De onderzoekers concluderen dat we slecht nieuws beter verwerken als we gestrest zijn. De proefpersonen zonder stress negeren het slechte nieuws eigenlijk een beetje, terwijl het goede nieuws een groter effect op de tweede inschatting had. De veiligheid van je omgeving is van invloed op hoe optimistisch je bent, suggereren de wetenschappers.
De bevindingen zijn gepubliceerd in het vakblad Journal of Neuroscience