Shot testosteron tegen sociale angst

Wat extra testosteron maakt ons minder angstig. Mogelijk kunnen we het hormoon gebruiken om sociale angst en depressie te behandelen.

Mensen met sociale angst en depressie hebben over het algemeen een lager gehalte aan testosteron dan mentaal gezonde mensen. Wat doet testosteron met ons in situaties die we bedreigend vinden?

Een internationaal team van onderzoekers, onder wie Karin Roelofs van Radboud Universiteit Nijmegen, testte het uit op 45 gezonde jonge vrouwen. De helft van hen kreeg een dosis testosteron toegediend; de andere helft een placebo. Vervolgens moesten ze een taak uitvoeren terwijl ze in een fMRI-scanner lagen die hun hersenactiviteit in kaart bracht.

De vrouwen kregen in de scanner beelden te zien van boze en blije gezichten, die ze met een joystick ofwel moesten ‘wegduwen’ ofwel ‘naar zich toe trekken’. Intuïtief zullen we meer geneigd zijn blije gezichten te benaderen en boze gezichten te vermijden. Maar het extra shot testosteron zorgde ervoor dat de proefpersonen minder moeite hadden om boze gezichten naar zich toe te trekken.

Ook was op de hersenscans te zien dat hun amygdala, een hersengebied dat een rol speelt in sociale angststoornissen, actiever werd als ze een boos gezicht moesten benaderen dan wanneer ze het moesten wegduwen. Bij het zien van een blij gezicht had de dosis testosteron geen effect.

Ook mensen met sociale angst zijn al aan de gezichtentest onderworpen. Zij hebben de neiging boze gezichten nog sneller weg te duwen dan mentaal gezonde mensen. Roelofs en haar collega’s testen momenteel uit of testosteron hun vermijdingsgedrag kan temperen. Daarnaast denken ze dat het hormoon mogelijk ook mensen met depressie kan helpen. De studie verscheen in Science. (lg)