Slaapgebrek kan bijdragen aan cognitieve achteruitgang en de ziekte van Alzheimer, blijkt uit een nieuwe studie.
Beeld: Hersenweefsel van een persoon met de ziekte van Alzheimer. Amyloïde plaques (donkerbruine klonten zoals rechtsboven en middenonder) zijn kenmerkend voor de ziekte.
Onregelmatige slaappatronen zijn in verband gebracht met een grotere kans op het ontwikkelen van dementie. Het is alleen niet duidelijk of deze slaapveranderingen daadwerkelijk bijdragen aan de ziekte of gewoon vroege symptomen weerspiegelen. Een nieuwe studie laat zien dat slaapgebrek mogelijk onze immuuncellen beïnvloedt, met een verhoogde kans op dementie tot gevolg.
Een groot aantal onderzoeken heeft eerder al onregelmatige slaappatronen en een gebrek aan slaap in verband gebracht met een hoger risico op de ziekte van Alzheimer en andere neurodegeneratieve aandoeningen. Hoewel het nog onduidelijk is wat de exacte mechanismen zijn die hieraan ten grondslag liggen, vermoeden wetenschappers dat slaapgebrek op jonge leeftijd leidt tot pathologische veranderingen die zich in de loop van de tijd ophopen en het risico op dementie later in het leven kunnen verhogen.
Verhindering van microglia
Deze studie vond dat slaaptekort ervoor zorgt dat immuuncellen, zogeheten microglia, verhinderd worden in het opruimen van amyloïd-bèta-eiwitten in het brein van muizen. Ophopingen van dit eiwit zijn een symptoom van de ziekte van Alzheimer en houden mogelijk verband met sterfte van de hersencellen. Onder normale omstandigheden patrouilleren microglia in de hersenen en reageren ze op schade en bedreigingen. Maar wat als slaaptekort er dit proces remt? En hoe gaat dit dan in z’n werk?
Het team heeft verschillende muismodellen onderzocht, waaronder een model dat overmatig amyloïde-eiwitplaques produceert, een fenomeen dat nauw verband houdt met de ziekte van Alzheimer. En wat bleek? Muizen die chronisch slaapgebrek hadden, lieten een grote hoeveelheid toxische amyloïde-bèta-plaques en abnormale microglia zien. Met microscopiemetingen konden de onderzoekers vaststellen dat er door slaapgebrek storingen in de lysosomen van de cellen ontstaan, de machientjes die cellulaire afvalproducten helpen afbreken. Maar hoe zit dit dan bij mensen?
Slaaptekort en Alzheimer bij mensen
Klinisch geriater en onderzoeker Jurgen Claassen (Radboudumc): ‘Het is een indrukwekkende studie. Uit meerdere onderzoeken van de laatste jaren komt naar voren dat er een verband is tussen slaapstoornissen en Alzheimer. Mensen die slecht slapen (de definitie daarvan is nogal wisselend, maar in de meeste studies komt dat uit op minder dan 6 uur slaap per nacht) hebben meer risico om Alzheimer te krijgen.’
Wat nog niet duidelijk is, is wat er achter dit verband zit. Er zijn drie theorieën:
- Alzheimer leidt al in een heel vroeg stadium tot verstoorde slaap, waarin de ziekte al wel in de hersenen zit, maar er nog geen ziekteverschijnselen zijn. In dat geval is slechte slaap een heel vroege uiting van Alzheimer, en niet een risicofactor.
- Er is een andere externe factor die leidt tot zowel een slaapstoornis als een verhoogd risico op Alzheimer, maar die twee staan zelf los van elkaar (bijvoorbeeld door stress, of wonen naast een vliegveld of snelweg).
- Slechte slaap leidt tot (meer risico op) Alzheimer
‘Deze studie suggereert dat slecht slapen leidt tot een verhoogd risico op Alzheimer bij muizen (optie 3). Ter geruststelling: we hebben onderzoek gedaan bij mensen die ruim twintig jaar slecht sliepen (havenloodsen). Zij slapen door hun werk om de week een week heel slecht en gefragmenteerd. De andere week zijn ze vrij en kunnen ze bijslapen. We hebben een groep van deze werknemers onderzocht, maar we vonden geen enkel teken van Alzheimer (of andere hersenschade). Daarnaast lijken de muismodellen voor Alzheimer bijzonder weinig op de menselijke vorm van Alzheimer. En ook de slaappatronen komen niet overeen tussen de twee soorten. Mensen zijn in dat opzicht toch echt anders dan muizen.’