We gebruiken onze tong dagelijks, en toch begrijpen wetenschappers nog niet helemaal hoe ze klanken helpt produceren. Twee studies uit 2023 zorgden voor nieuwe inzichten.
De klanken van een taal zijn eigenlijk hoorbare bewegingen. Als we spreken, bewegen we onze stembanden, onze tong, onze lippen en onze kaken, vaak allemaal tegelijk: het is dat ballet van beweging dat spraakklanken produceert. Dat algemene principe kennen we al lang. Het is de basis van het werk van fonetici, logopedisten en nog een rits andere disciplines die zich bezighouden met menselijke spraak. We weten bijvoorbeeld erg goed welke tongbewegingen het verschil maken: waar en hoe de tong de mondholte afsluit om verschillende medeklinkers produceren, of hoe ze de mondholte vervormt voor klinkerverschillen. Maar er is nog heel veel dat we niet weten.
Dit jaar zijn er twee opmerkelijke observaties bijgekomen over de rol van de tong, schijnbaar eenvoudig maar wel erg inzichtelijk. Eén daarvan bevestigt een vermoeden dat al langer bestond, namelijk dat de zijkanten van de tong een belangrijke ondersteunende rol spelen. De productie van klanken als s, t en n, bijvoorbeeld, wordt klassiek omschreven als de voorkant van de tong die een contact of vernauwing maakt met de benige rand net achter de tanden (probeer het maar eens). Maar als je goed oplet, merk je dat er met de zijkanten van je tong ook iets aan de hand is: die zijn tegen de zijkanten van je gehemelte of je tanden aangedrukt.
Het vermoeden bestond dat dat goede mechanische en akoestische redenen heeft: die positie levert steun bij het fijnere motorische werk voor het midden en de voorkant van de tong, en zorgt er ook voor dat de luchtstroom mooi via het midden van de mondholte naar buiten stroomt. De initiële observatie was gebaseerd op sprekers van het Engels, maar als er echt een algemene mechanische basis is, moet je dat ook in andere talen kunnen observeren. Dit jaar heeft een team Canadese onderzoekers dat ook bevestigd, met een erg gesofisticeerde studie van tongbewegingen bij sprekers van heel verschillende talen.
Ook tong heeft last van gewichtloosheid
De hoofdonderzoeker van dat team heeft nog een tweede studie geleid in hetzelfde domein. We weten al lang dat astronauten bij terugkeer uit de ruimte problemen hebben met bewegingscontrole, doordat ze opnieuw met zwaartekracht geconfronteerd worden. Maar als spraakklanken door de fijne motoriek van de tong aangestuurd worden, zouden we daar dan ook geen problemen verwachten? Astronauten hadden dat al anekdotisch gemeld, maar eigenlijk was die vraag nog niet onderzocht.
De onderzoekers gingen aan de slag met klankopnames van astronauten net voor en na een ruimteverblijf, en hun analyse suggereert dat onmiddellijk na terugkeer, de gemiddelde tongpositie significant lager is bij het spreken. Met andere woorden, de controle van de tong is gewend geraakt aan de afwezigheid van zwaartekracht (die de tong op aarde een klein beetje naar beneden trekt), en past zich niet onmiddellijk aan als de zwaartekracht terug ingrijpt. De resultaten zijn suggestief eerder dan definitief, maar ze tonen in elk geval aan dat er veel meer in onze tong zit dan je zou vermoeden.