Wetenschappelijke bewijzen stapelen zich op: bepaalde pesticiden lijken het risico op autisme te verhogen. Het is zaak te achterhalen hoe dat precies in zijn werk gaat.
In de Verenigde Staten wordt één kind op 59 geboren met autisme. De cijfers dateren van 2018 en zijn twintig procent hoger dan in 2016. In sommige staten, zoals New Jersey, waar de diagnostische methodes bijzonder efficiënt zijn, heeft zelfs één kind op 34 de ontwikkelingsstoornis. Meer dan de helft van hen heeft een IQ onder de 85, wat op het randje is van een intellectuele stoornis.
Wat zeggen deze cijfers uit recent onderzoek van Jon Baio (Centers for Disease Control and Prevention)? In twee jaar tijd is het aantal autisten sterk toegenomen. Die tijd is te kort om de stijging te wijten aan meer bewustwording of bekendheid. Er moet dus een andere oorzaak bestaan. En dan komen chemische stoffen in beeld.
Hormoonverstoorders
Elke baby is bij zijn of haar geboorte besmet met een honderdtal verschillende chemische producten. Dat bewijst natuurlijk niet dat er een oorzakelijk verband bestaat. Onderzoek heeft wel aangetoond dat deze producten de werking van hormonen kunnen veranderen – het zijn hormoonverstoorders.
Mijn team heeft in 2017 aangetoond dat een aantal chemische stoffen in het lichaam van zwangere vrouwen de biologische activiteit van de schildklier verandert. Schildklierhormonen zijn onontbeerlijk voor de ontwikkeling van de hersenen, vooral voor en vlak na de geboorte. De hormonen spelen een rol bij de verspreiding van neuronale stamcellen, en vervolgens bij het uitgroeien ervan tot zenuw- en andere hersencellen. Ze zijn ook betrokken bij de vorming van synapsen - de contactpunten tussen neuronen - en dus bij de neurale plasticiteit.
Om de effecten van hormoonverstoorders na te gaan, gebruiken wij embryo’s van kikkers. Die hebben exact dezelfde schildklierhormonen als wij.We onderzochten het effect van chemische stoffen die je in het vruchtwater van zwangere vrouwen aantreft. Bij de kikkervisjes bleken vijftien stoffen, waaronder meerdere schildklierhormoonverstoorders, de ontwikkeling te beïnvloeden. De diertjes hadden minder en kleinere neuronen en gliacellen (ondersteunende cellen in de hersenen), en ook hun gedrag was anders.
Kikkers zijn natuurlijk geen mensen. Of het effect ook geldt voor baby’s, is een kwestie die om opheldering vraagt. Omdat de hersenontwikkeling verstoord kan raken, is onder meer het gebruik van het insecticide chloorpyrifos in Europa sinds vorig jaar beperkt.
Er zijn helaas veel hormoonverstoorders. Het gaat om pesticiden, brandvertragers die je aantreft in stoffen en meubels, en ftalaten, die gebruikt worden bij de productie van plastic materialen. Ftalaten veranderen niet alleen de werking van de schildklierhormonen, maar ook die van andere hormonen die essentieel zijn voor de hersenontwikkeling.
Autisme
Maar wat is nu de link met autisme? Verscheidene epidemiologische studies hebben aangetoond dat kinderen die in de baarmoeder zijn blootgesteld aan bepaalde pesticiden, zoals chloorpyrifos en sommige ftalaten, een hoger risico lopen op autisme. Hetzelfde geldt voor kinderen van vrouwen die tijdens de zwangerschap te weinig schildklierhormonen hadden, of een tekort aan jodium.
Dit type studies meet slechts een handvol chemische stoffen in het lichaam van de vrouw. Alle stoffen opsporen is een dure grap. Er zijn er dus wellicht nog veel meer die de ontwikkeling van het embryo verstoren.
Momenteel staan meer dan 120.000 moleculen op de zogenoemde Europese Reach-lijst, de lijst met stoffen waarvan het effect op gezondheid en milieu wordt nagegaan. De EFSA, de Europese autoriteit voor voedselveiligheid, heeft bekendgemaakt dat van de 287 pesticiden die aanwezig zijn op de markt, er 101 de schildklier aantasten. En een rapport van de Verenigde Naties meldt dat er vandaag driehonderd keer meer chemische stoffen worden geproduceerd dan vijftig jaar geleden.
Chemische besmettingen zouden dus aandoeningen als autisme in de hand kunnen werken. De wetenschappelijke bewijzen nemen toe. Meer onderzoek is nodig, maar het staat buiten kijf dat chemische stoffen invloed hebben op onze ontwikkeling.