Complexe organische moleculen ontdekt bij jonge ster
10 april 2015 door EEDe ontdekking bevestigt dat de omstandigheden waaruit aarde en zon zijn voortgekomen niet uniek zijn in het heelal.
Voor het eerst hebben astronomen complexe organische moleculen gedetecteerd in de protoplanetaire schijf rond een jonge ster. De ontdekking, gedaan met de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) in Chili, bevestigt opnieuw dat de omstandigheden waaruit aarde en zon zijn voortgekomen niet uniek zijn in het heelal (Nature, 9 april).
De nieuwe ALMA-waarnemingen laten zien dat de schijf rond de jonge ster MWC 480 grote hoeveelheden methylcyanide (CH3CN) bevat – een complex koolstofhoudend molecuul. Er is genoeg methylcyanide om alle oceanen op aarde mee te vullen.
MWC 480 heeft ongeveer twee keer zoveel massa als de zon en staat op een afstand van 455 lichtjaar in het Taurus-stervormingsgebied. Zijn omringende schijf bevindt zich nog in een pril stadium: hij is nog maar kort geleden samengetrokken uit een koude, donkere nevel van stof en gas. Verder onderzoek met ALMA en andere telescopen zal nog moeten uitwijzen of hierin ook planeetvorming plaatsvindt.
Astronomen weten al een tijdje dat zulke koude, donkere nevels zeer efficiënte ‘fabrieken’ zijn van complexe organische moleculen, zoals de zogeheten cyaniden. Cyaniden, en met name methylcyanide, zijn van belang, omdat ze koolstof-stikstofbindingen bevatten. Deze laatste zijn essentieel voor de vorming van aminozuren – de bouwstenen van eiwitten en andere moleculen die aan de basis staan van het leven zoals wij dat kennen.
Tot nu toe was echter onduidelijk of deze complexe organische moleculen wel in stand kunnen blijven in de energierijke omgeving van een pas gevormd planetenstelsel, waar chemische bindingen blootstaan aan schokken en straling. De nieuwe waarnemingen laten zien dat deze moleculen niet alleen in stand blijven, maar zelfs gedijen. Dat geeft aan dat protoplanetaire schijven gunstige omgevingen zijn voor de vorming van complexe organische moleculen.