Een van de spiraalarmen van ons Melkwegstelsel is ‘gebroken’. Dat blijkt uit waarnemingen van NASA’s Spitzer Space Telescope, gecombineerd met metingen van de Europese ruimtetelescoop Gaia.
Net als veel andere sterrenstelsels vertoont het sterk afgeplatte Melkwegstelsel een statige spiraalstructuur. De spiraalarmen, die vooral veel gaswolken en jonge sterren bevatten, zijn in de afgelopen zestig jaar in kaart gebracht, vooral op basis van waarnemingen met radiotelescopen.
Een van de relatief nabijgelegen armen, de Sagittarius-arm, blijkt nu een opvallende knik te vertonen, onder een hoek van ongeveer 50 graden. Ook andere sterrenstelsels vertonen af en toe zulke geknakte structuren, maar het is voor het eerst dat dit nu ook in ons eigen Melkwegstelsel is gezien.
Een team van sterrenkundigen onder leiding van Michael Kuhn van het California Institute of Technology ontdekte de gebroken arm door in meetgegevens van de Spitzer-telescoop op zoek te gaan naar pasgeboren sterren. Vervolgens gebruikten ze data van Gaia om de afstanden van die sterren nauwkeurig te achterhalen. Op die manier is een driedimensionale kaart gereconstrueerd, waarin het scheefliggende deel van de Sagittarius-arm duidelijk zichtbaar is.
Het nieuw ontdekte ‘uitsteeksel’ van de Sagittarius-arm bevat een groot aantal stervormingsgebieden. Vier daarvan zijn de beroemde nevels die al met een verrekijker aan de nachtelijke hemel zichtbaar zijn: de Lagunenevel, de Trifidnevel, de Omeganevel en de Adelaarnevel.
Hoe het komt dat het Melkwegstelsel een gebroken arm heeft opgelopen, is vooralsnog onduidelijk. De nieuwe resultaten zijn afgelopen zomer gepubliceerd in het Europese vakblad Astronomy & Astrophysics.
Beeld: NASA/ESA/Hubble Heritage Team