Nabije supernova-explosie verliep asymmetrisch
11 mei 2015 door EEWaarnemingen van een recente, nabije supernova bevestigen dat de explosies van zware sterren een duidelijke asymmetrie vertonen.
Waarnemingen van een recente, nabije supernova bevestigen dat de explosies van zware sterren een duidelijke asymmetrie vertonen. De ingestorte kern en het overige ‘puin’ van de voormalige ster schieten in tegengestelde richtingen weg. Dit verschijnsel is in overeenstemming met de resultaten van computermodellen (Science, 8 mei).
Dat de explosie van een zware ster niet symmetrisch verloopt blijkt uit metingen van de Amerikaanse satelliet NuSTAR. Met deze satelliet is gekeken naar de verdeling van het element titanium-44 in het restant van supernova 1987A. Titanium-44 is een radioactief element dat bij zijn verval gammastraling van een specifieke golflengte uitzendt.
De metingen laten zien dat vrijwel alle titanium-44 in de supernovarest zich met een snelheid van 2,6 miljoen kilometer per uur van ons verwijdert. Als de explosie van de ster symmetrisch was verlopen, zou er net zo veel materiaal naar ons toe komen als van ons vandaan bewegen.
Computersimulaties wijzen erop dat deze asymmetrische verdeling wordt veroorzaakt door de grote aantallen neutrino’s die bij het instorten van de kern van de voormalige ster vrijkomen. Deze vrijwel massaloze, maar zeer energierijke deeltjes brengen de extreem hete materie als het ware aan het klotsen, waardoor de kern een vormeloos karakter krijgt.
Supernova 1987A verscheen 28 jaar geleden in een klein sterrenstelsel op 168.000 lichtjaar van de aarde. Het was de meest nabije supernova in bijna vierhonderd jaar.