K2-18b. Niet meteen een naam met hitpotentieel, zou je denken. Maar in nog geen 24 uur tijd groeide dit hemellichaam uit tot het bekendste exemplaar uit de lijst van zowat 4000 tot dusver ontdekte exoplaneten. Wat maakt K2-18b zo speciaal?
Wat is K2-18b?
K2-18b is een exoplaneet, ontdekt in 2015 met behulp van de Keplertelescoop (zie ook Zijn wij alleen in de kosmos - Deel 2: De jacht op exoplaneten). Ze draait rond K2-18, een zogenaamde rode dwergster. Dat type sterren komt veelvuldig voor in onze Melkweg. Het gaat om relatief koele en kleine sterren. K2-18 heeft (minstens) nog een andere exoplaneet, K2-18c. Het geheel bevindt zich op een afstand van meer dan 100 lichtjaar van ons.
K2-18b heeft de interessante (maar ver van unieke) eigenschap dat ze zich in het goudlokjegebied van K2-18 bevindt. Zoals uiteengezet in Zijn wij alleen in de kosmos - Deel 3: Is er leven op exo?, is dit de zone rond de ster waarbinnen de temperatuur het bestaan van vloeibaar water toelaat.
Wat is er nu ontdekt?
Zoals aangekondigd in Zijn wij alleen in de kosmos - Epiloog: Wat brengt de toekomst?, bestaat de volgende grote opdracht in het onderzoek naar de levensvatbaarheid van exoplaneten erin om hun atmosferen te bestuderen. Onder meer de in 2021 te lanceren James Webb Space Telescope (JWST) moet voor een doorbraak op dat vlak zorgen.
In afwachting is het roeien met de riemen die we hebben. Door beschikbare gegevens van verschillende telescopen vernuftig te combineren, hebben twee onderzoeksgroepen onafhankelijk van elkaar indicaties gevonden voor de aanwezigheid van waterdamp in de atmosfeer van K2-18b.
Het unieke en opwindende aan K2-18b ligt in het samen voorkomen van twee kenmerken: de afstand tot de moederster correspondeert met temperaturen die vloeibaar water op de planeet mogelijk maken én in de atmosfeer ervan is waterdamp aanwezig.
Is dit Aarde 2.0?
Hoegenaamd niet. In de eerste plaats is de diameter van K2-18b zowat het dubbele van de aarde, terwijl de massa meer dan 8 keer die van de aarde bedraagt. Daardoor is de zwaartekracht veel sterker dan op aarde, waardoor eventuele levensvormen sowieso al niet op ons zullen lijken.
Daarnaast valt nog af te rekenen met de specifieke kenmerken van de moederster. Een rode dwerg durft al wel eens vlammen uitspuwen. Vermits het goudlokjegebied zich bij een koelere ster als een rode dwerg veel dichter bij de ster bevindt, moet een planeet in die zone er behoorlijk wat hinder van ondervinden.
Bovendien verwacht je bij een dergelijk korte afstand tussen ster en planeet dat de getijdenwerking sterk genoeg is om steeds dezelfde kant van de planeet naar de zon te laten kijken (net zoals de maan ten opzichte van de aarde). Dat zou zo’n planeet verdelen in een warme helft en een koude helft, wat en opzichte van de aarde). Dat zou zo’n planeet verdelen in een warme helft en een koude helft, wat de leefbaarheid naar onze normen niet meteen ten goede komt.
Wat is de volgende stap?
Om de kostbare tijd van telescopen als de hoger vermelde JWST optimaal te gebruiken, is het belangrijk om de meest beloftevolle onderzoeksobjecten, zoals K2-18b, op voorhand te identificeren.