Voyager 1-team brengt reparatie op afstand tot goed einde

Technici hebben met succes een probleem opgelost met de chemische stuwraketjes van de Voyager 1, die ervoor zorgen dat deze oude ruimtesonde op de aarde blijft gericht.

Beeld: NASA/JPL-Caltech

Zo kan de ruimtesonde commando’s blijven ontvangen en wetenschappelijke gegevens overseinen. Na 47 jaar was een brandstofleiding in de stuwraketjes, die kleine pufjes gas uitstoten, verstopt geraakt met siliciumdioxide – een bijproduct dat na verloop van tijd ontstaat doordat een rubberen membraan in de brandstoftank van de ruimtesonde verstopt raakt. Daardoor neemt het vermogen van de stuwraketjes af – een probleem dat al in 2002 voor het eerst werd opgemerkt.

Net als zustersonde Voyager 2 is de Voyager 1 uitgerust met meerdere stuwraketjes: twee sets voor de standregeling en één voor koerscorrecties. Toen de ruimtesondes de grote planeten van ons zonnestelsel verkenden, waren deze allemaal in gebruik, maar nu het tweetal het zonnestelsel achter zich heeft gelaten, zijn koerscorrecties verleden tijd en kunnen beide sets worden gebruikt om hen op de aarde gericht te houden.

Toen in 2002 bleek dat enkele brandstofleidingen in de set van het standregelsysteem verstopt raakten, schakelde het Voyager-team over op de andere set. En toen in 2018 ook die begon te verstoppen, werd overgeschakeld op de set raketjes voor koerscorrecties. Inmiddels waren deze laatste er echter ook slecht aan toe, en moest weer worden teruggeschakeld naar een van de sets van het standregelsysteem.

Om dit voor elkaar te krijgen, moesten de technici een van de verwarmingselementen van de ruimtesonde een uur lang uitschakelen, zodat er genoeg energie beschikbaar was om de verwarming van de stuwraket aan te zetten. Dit plan heeft gewerkt: op 27 augustus kon het Voyager-team melden dat de beoogde set weer in bedrijf is en helpt om Voyager 1 op de aarde gericht te houden.