Een genetisch gemodificeerde kamerplant zuigt schadelijke chemische componenten uit de lucht, en breekt ze vervolgens af.
Luchtvervuiling staat tegenwoordig volop in de belangstelling, maar we vergeten dat we ook binnenshuis schadelijke stoffen inademen. Die komen niet van dieselwagens of schoorstenen, maar wel van plastic meubels, interieurbekleding en eenvoudige gebruiksvoorwerpen, alsook van verf en lijm.
De schadelijke stoffen die we binnenshuis inademen worden volatiele chemische componenten genoemd, oftewel VOC’s. De meest voorkomende zijn formaldehyde, benzeen en chloroform. Ze kunnen afkomstig zijn van diverse bronnen, waardoor ze nauwelijks te vermijden zijn. Toch kan een langdurige blootstelling gezondheidsschade veroorzaken, want tal van VOC’s staan geboekstaafd als (lichtjes) kankerverwekkend.
Amerikaanse genetici hebben een originele manier bedacht om toch iets aan het (sluimerende) probleem te doen. Ze introduceerden een gen dat normaal alleen bij konijnen voorkomt, in een populaire kamerplant, de drakenklimop. Het gen maakt een eiwit aan dat tal van VOC’s afbreekt. Hun creatieve idee bleek te werken, want de onderzoekers maten na drie dagen een drastische terugval van de benzeen- en chloroformconcentraties in een kleine afgesloten kamer waar ze enkele gemodificeerde kamerplanten hadden gezet.
De vorsers denken dat gemodificeerde kamerplanten een goedkoop en handig alternatief kunnen vormen voor dure en energieslurpende luchtfilters.