Tot nu toe is VR niet doorgebroken in het onderwijs. Dat kan komend schooljaar veranderen.
Een kind staat in de dode hoek van een vrachtwagen en ziet met eigen ogen hoe het bijna omver wordt gereden. Het is mogelijk met de virtual reality applicatie 'VRkeer’, die speciaal ontwikkeld is voor het lager onderwijs. Het virtuele verkeer maakt veel indruk op de kinderen.
Er bestaan nog veel meer toepassingen van VR in het onderwijs. Toch moeten leerkrachten niet zomaar met VR-brillen aan de slag gaan. ‘Sommige leerkrachten zien de technologie als niets meer dan een alternatieve manier om eenzelfde kennis over te brengen. Ze kopiëren hun traditionele manier van lesgeven gewoon naar VR’, aldus VR-onderzoeker Carl Boel (Thomas More Hogeschool Mechelen). ‘Zo werkt het niet. VR is in het onderwijs alleen relevant als je er dingen mee doet die je op geen enkele andere manier kan aanreiken.’
Een VR-bril heeft niet alleen voordelen, maar ook nadelen. De bril kan desoriënterend werken, want het sluit de kinderen volledig af van de echte wereld. Een overdaad aan informatie of prikkels kan hen overbelasten, waardoor ze niet alles kunnen verwerken. Als hun bewegingen in VR niet helemaal gelijklopen met die in de fysieke wereld, kunnen de kinderen duizelig worden.
Wanneer is virtual reality in het onderwijs zinvol? Op welke manier kan de nieuwe techniek het best worden ingezet? Steken leerlingen meer op van een virtuele les dan van een klassieke les?
Lees de volledige versie van dit artikel in Eos Magazine.
Nog meer lezen? We maakten twee digitale themanummers over onderwijs, te koop in de tijdschriftenwinkel.
In het eerste deel lees je onder andere over de school van de toekomst, magie in de klas, waarom jongens sneller afhaken, wat nu de beste studiemethode is en het gevaar van humor in de klas.
In deel twee kun je onder meer lezen over de kloof tussen sterke en zwakke leerlingen, behandeling bij dyslexie, tellen op de vingers en waarom sommige kinderen meer betrokken zijn dan anderen.