Vliegende auto’s zijn een onmisbaar aspect van elk sciencefictionverhaal, zowel oud als nieuw. Al sinds de jaren 1950 dromen we ervan om al vliegend naar ons werk getransporteerd te worden. Intussen staan we in onze technologie al een stuk verder. Wanneer mogen we de komst van vliegende auto’s verwelkomen?
Stiller
Vliegende auto’s zijn een onmisbaar aspect van elk sciencefictionverhaal, zowel oud als nieuw. Al sinds de jaren 1950 dromen we ervan om al vliegend naar ons werk getransporteerd te worden. Intussen staan we in onze technologie al een stuk verder. Wanneer mogen we de komst van vliegende auto’s verwelkomen?
Behalve dat het gewoon supercool zou zijn, zijn er nog redenen waarom de interesse in individueel luchtverkeer toeneemt. Met een toenemende bevolking en overvolle steden wordt het steeds moeilijker om persoonsvervoer vlot te doen verlopen.
In 2020 stond het jaargemiddelde van aantal file-uren op 377 per werkdag. Mochten we een deel van het verkeer kunnen verplaatsen naar de lucht, is de drukte beter verspreid en kunnen we files zowel op de grond als in de lucht vermijden.
Voordat de lucht boven onze steden effectief gevuld is met vliegende Ubers, staat de wetenschap nog voor enkele uitdagingen.
Om te beginnen nemen we even een kijkje naar het luchtvervoer dat we al kennen. Vliegtuigen zijn goed voor lange afstanden, maar hebben ruimte nodig om op te stijgen en te landen. In een stad is een vliegtuig daarom geen ideaal vervoermiddel. Helikopters daarentegen kunnen verticaal opstijgen en landen, en worden nu al in noodgevallen gebruikt in steden. De meeste prototypes voor vliegende auto’s, zoals de Opener Blackfly, lijken ook enigszins op hypermoderne varianten van helikopters.
Een helikopter werkt met één grote propeller. Die verplaatst grote hoeveelheden lucht, en maakt daarbij ontzettend veel lawaai. Ook als het werk verdeeld wordt over vier propellers, blijft geluidsoverlast een probleem. Om een voertuig te ontwerpen dat in drukke gebieden door veel mensen gebruikt kan worden, moeten wetenschappers dus een systeem ontwikkelen dat veel stiller is dan een helikopter.
Onafhankelijke propellers
Als men er dan al in slaagt om het voertuig de lucht in te krijgen zonder de halve stad met gescheurde trommelvliezen achter te laten, bestaat er nog probleem. Technologie – zelfs de allerbeste – kan falen. Wanneer je auto stilvalt, kun je er in de meeste gevallen gewoon mee aan de kant gaan staan en bellen om hulp. Als je voertuig in de lucht stilvalt, zit je met een groter probleem. Daarbij is er risico voor jou als passagier, maar ook voor iedereen die zich op dat moment onder je voertuig bevindt.
Het Duitse Volocopter wil dat probleem verhelpen door in zijn prototype gebruik te maken van meerdere propellers die onafhankelijk van elkaar werken. Wanneer enkele propellers falen, kan de bestuurder toch nog veilig landen. Andere bedrijven ontfermen zich over ingewikkelde software, die elke mogelijke systeemfout opspoort en verhelpt.
Een derde uitdaging is vooral van belang voor elektrische varianten, zoals die van Airbus. Een grote massa de lucht in tillen vraagt om een grote hoeveelheid energie. Fossiele brandstoffen kunnen die leveren, maar zijn niet duurzaam. Elektriciteit is een schoner alternatief, maar door de beperkte opslagcapaciteit van de huidige batterijen is de actieradius nog niet erg groot. We willen steeds meer van onze batterijen: ze moeten veel stroom leveren, lang meegaan, en mogen toch niet te groot zijn. dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, en de industrie heeft tijd nodig om aan onze wensen te kunnen voldoen.