Data is de ‘nieuwe olie’ die onze economie drijft, maar recente dataschandalen manen ons aan om beter na te denken over hoe we onze data delen. In dit artikel deelt professor Ruben Verborgh, expert in semantische webtechnologie aan ID Lab, een imec onderzoeksgroep aan de Universiteit Gent, zijn visie op de toekomst van het web.
Waar is het ‘open’ web gebleven?
In maart 2018 verscheen het nieuws dat Cambridge Analytica de persoonlijke gegevens van miljoenen facebookgebruikers ingezet had voor politieke doeleinden. Het schandaal maakte pijnlijk duidelijk hoe weinig we nadenken over wat er met onze gegevens gebeurt.
Tim Berners-Lee, de uitvinder van het World Wide Web, maakt zich al langer zorgen over ons gebrek aan controle over onze eigen gegevens en beweert dat het web niet meer zo ‘open’ is als oorspronkelijk bedoeld.
Ruben Verborgh: “Het web werd gecreëerd als een ‘vrije ruimte voor iedereen’ maar is intussen geëvolueerd naar een centraal systeem dat gecontroleerd wordt door een klein aantal grote bedrijven zoals Google en Facebook. Wat hen machtig maakt, is dat zij haast al onze data bezitten.”
Ruilhandel: mijn data voor jouw diensten
De sleutel tot het succes van deze internetreuzen is het ‘aantrekkelijk’ businessmodel: we kunnen gratis gebruik maken van hun diensten. Maar, als we de kleine lettertjes in hun databeleid zouden lezen, zouden we ons al snel realiseren dat we wel degelijk betalen, niet met geld, maar wel met onze persoonlijke data.
Ruben Verborgh: “Hoe meer data bedrijven vergaren, hoe sterker hun marktpositie. Voor Facebook zou de data van een gemiddelde gebruiker een jaarlijkse omzet van ongeveer 20 dollar opleveren. Op het eerste zicht lijkt dit een behoorlijk bedrag – zeker voor een site die 2,38 miljard actieve gebruikers heeft – maar vanuit het standpunt van de consument is dit eigenlijk relatief weinig.”
“Laten we het omkeren: stel dat je alle data zou kwijt zijn die je de afgelopen 5 jaar verzameld hebt – al je foto’s en al je berichten – hoeveel zou je dan willen betalen om die terug te krijgen? Op die manier bekeken is 20 euro in feite een verwaarloosbaar bedrag om de controle over onze data en privacy te heroveren.”
Hoe krijgen we opnieuw controle over onze data?
Daarom ontwikkelde Tim Berners-Lee samen met een groep andere onderzoekers – waaronder Ruben Verborgh – Solid, een platform dat het technologisch mogelijk maakt om voor een gedecentraliseerd web te kiezen. Hierbij wordt data niet meer centraal op de servers van een handvol bedrijven bewaard, maar in individuele datakluizen (‘data pod’), beheerd door de gebruikers zelf.
In de praktijk betekent dit dat wij als consumenten zullen kunnen kiezen waar we onze data willen opslaan, los van de toepassingen die we gebruiken. Om in dit soort context een sociaal netwerk mogelijk te maken zullen we uiteraard een deel van onze data moeten delen.
Ruben Verborgh: “Maar het belangrijke verschil is dat we in een gedecentraliseerd web voor elke applicatie apart kunnen kiezen welke stukken data uit onze kluis we beschikbaar willen maken. Bovendien zullen er geen kopieën van onze data gemaakt worden. Wel kunnen we applicaties linken naar een datakluis (of een gedeelte ervan) dat we met hen willen delen.”
En wat met Facebook en Instragram?
Via Solid zouden we altijd eigenaar blijven van onze gegevens. Om dit systeem mogelijk te maken, is er echter een belangrijke voorwaarde: applicaties moeten in staat zijn om elkaars data te lezen en te (her)gebruiken.
Dat is nu niet het geval. Als al je vrienden op Facebook zitten, maar jij kiest een minder populair alternatief zoals Ello, dan kan je niet in interactie gaan met je vriendengroep. In het gedecentraliseerde web zal het niet langer uitmaken welke sociale netwerksite je vrienden gebruiken.
Aangezien applicaties niet langer data zullen bezitten, functioneren sociale media dan eigenlijk gewoon als verschillende interfaces om informatie uit de datakluizen van je vrienden weer te geven. Je zou dus erg gemakkelijk van applicatie kunnen wisselen. De concurrentiestrijd tussen applicaties onderling zou ook niet langer gaan over het bezitten van data, maar over het aanbieden van de beste service en kwaliteit.
Ruben Verborgh: “Momenteel zit de helft van ons web verborgen in datasilo’s gecontroleerd door een handvol bedrijven. Dit is eigenlijk min of meer hetzelfde alsof je browser zou bepalen welke websites je kan bezoeken. Stel je voor dat Safari-gebruikers niet in staat zouden zijn om websites gemaakt door Google Chrome-gebruikers te bezoeken. Dit is in feite even onlogisch als een sociale netwerksite die bepaalt met welke vrienden of kennissen je kan interageren.”
Een uitgebreide versie van dit artikel werd eerder gepubliceerd in imec magazine.