Aanloop
Euforie
De industriële revolutie zorgde voor een nooit geziene economische bloei en het geloof in een ongebreidelde vooruitgang. Helaas kunnen machines ook gebruikt worden om aan een razend tempo wapentuig te maken. Ook oorlogen worden voortaan op industriële schaal gevoerd.
Machtsblokken
Vanaf de eeuwwisseling zijn de Europese dynastieën druk in de weer met het smeden van militaire bondgenootschappen. Rusland en Groot-Brittannië scharen zich aan de zijde van Frankrijk, de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije kiest als vanzelf partij voor de Duitse keizer Wilhelm I. De spanningen tussen de twee machtsblokken lopen steeds hoger op en beide partijen beginnen aan een wapenwedloop.
Nationalisme
De grote Europese naties staan op het toppunt van hun macht dankzij hun koloniale rijkdommen en de nationalistische trom wordt uitvoerig geroerd. Vooral tussen Frankrijk en het sinds 1871 eengemaakte Duitse Rijk botert het niet. De economische opgang van het Keizerrijk baart Parijs zorgen, en het verlies van Elzas-Lotharingen in 1870 is nog lang niet verteerd.
Onrust
Vanaf 1907 is het wachten op een casus belli, een aanleiding om ten strijde te trekken. Vooral in de Balkan en Midden-Europa heerst er onrust. Oostenrijk-Hongarije is lang niet meer zo oppermachtig als ooit en zijn annexatie van Bosnië-Herzegovina in 1908 zint buurland Servië niet. En dat land wordt dan weer gesteund door de Russische tsaar.
1914
Juni
Drie Bosnisch-Servische nationalisten willen Franz Ferdinand van Oostenrijk vermoorden tijdens zijn bezoek aan Sarajevo op 28 juni. Hun plan mislukt in eerste instantie, maar door een dom toeval krijgt de twintigjarige student Gavrilo Princip een tweede kans. Hij schiet de troonopvolger en diens vrouw dood.
Juli
De Oostenrijkers zien in de aanslag de hand van Servië en stellen op 28 juli een ultimatum. Daarin eisen ze onder meer vrije toegang voor een groep onderzoekers. Servië weigert op dat ene punt, wat Oostenrijk-Hongarije het excuus geeft om de oorlog te verklaren.
Niemand had vooraf de schaal kunnen inschatten van het conflict dat zo ontketend werd: in totaal worden naar schatting 68 miljoen soldaten uit 30 landen in de strijd geworpen.
Duitsland kiest voor een verrassingsaanval op Frankrijk, dat zijn versterkingen volledig geconcentreerd had aan de oostelijke grens met Duitsland. Het idee van een eervolle oorlog blijkt hopeloos voorbijgestreefd
Augustus
Het plan van de Duitse opperbevelhebber Alfred von Schlieffen leidde een leger van 850.000 manschappen via Noord-Frankrijk naar Parijs. Klein detail: daarvoor moest eerst het neutrale België onder de voet worden gelopen. Op 4 augustus 1914 vallen de Duitse troepen het land binnen.
Het Duitse plan lijkt te werken: het Belgische leger is geen partij voor de grijze pletwals en trekt zich terug in Antwerpen, dat verrassend lang standhoudt. Door de invasie van België raakt Groot-Brittannië bij de oorlog betrokken, maar de Duitse oorlogsmachine dendert schijnbaar ongehinderd verder naar Parijs.
September
Aan het Oostfront lijdt het slecht uitgerust Russische leger een verpletterende nederlaag. Eind augustus 1914 ziet de situatie er rooskleurig uit voor de Centralen.
Net voor Parijs wijkt het Duitse leger echter af van het plan. Een manoeuvre in zuidoostelijke richting betekent het keerpunt van de Eerste Wereldoorlog. De geallieerde troepen krijgen de kans om zich te hergroeperen en dringen de Duitse troepen terug in de bloedige Slag bij de Marne.
Oktober
Ook in het laatste stukje onbezet België keren de kansen. Koning Albert I geeft op 25 oktober het bevel om de IJzervlakte onder water te zetten en stuit daarmee het Duitse offensief. Beide partijen graven zich daarna letterlijk in. De loopgraven van het westelijke front lopen over honderden kilometers, van de Noordzee tot helemaal in Zwitserland. Tot 1918 zal er nauwelijks iets veranderen aan de patstelling. Dankzij het gebruik van mitrailleurs zijn de verdedigers voorgoed in het voordeel tegen zij die soms met duizenden tegelijk de loopgraven uitgejaagd werden, een zinloze dood tegemoet.
1915
In de lente en de herfst van 1915 onderstrepen twee grootscheepse Frans-Britse offensieven in de Artois en de Champagnestreek hoe muurvast het conflict zit. Tienduizenden soldaten sneuvelen zonder dat er noemenswaardige terreinwinst wordt geboekt.
1916
Het Duitse leger waagt zijn kans in februari 1916 bij Verdun: het Franse leger komt in de verdrukking, maar ondanks de inzet van vlammenwerpers en het dodelijke gifgas fosgeen wordt ook het Duitse offensief geen succes. Ruim 300.000 soldaten laten het leven.
Om het verzwakte Franse leger een adempauze te gunnen is het op 1 juli 1916 de beurt aan de Britten om de aanval te openen bij de rivier de Somme. Op de eerste dag sneuvelen meteen 21.000 Tommy’s. Ook de komst van de eerste tanks doet de strijd niet kantelen.
1917
In 1917 trekken de Duitse troepen zich in Noord-Frankrijk plots terug achter de veel beter verdedigde Siegfried- of Hindenburglinie. Daarmee smoren ze een grootscheeps offensief van de Fransen en Britten bij Arras en de Chemin des Dames in de kiem. Ook de vreselijke slag bij Passendale in de zomer levert voor de Britten geen echte doorbraak op.
1918
11 november 1918. In september wordt de Siegfried-linie doorbroken en ook het oostfront blijkt in te storten. Op 9 november wordt de Duitser keizer Wilhelm afgezet en twee dagen later wordt bij Compiègne de Duitse capitulatie bezegeld: op 11 november 1918 zwijgen eindelijk de wapens. Bijna tien miljoen soldaten hebben het er niet levend afgebracht.
1919
Een half jaar later leggen de winnaars van WO I Duitsland bikkelharde voorwaarden op in het Verdrag van Versailles. Daarmee zaaien ze meteen de kiem voor een tweede wereldbrand.