Graven als hobby
28 juni 2014 door KVWie graag geregeld wil helpen bij opgravingen, kan daarvoor terecht bij de AWN – Vereniging van Vrijwilligers in de Archeologie. De leden assisteren beroepsarcheologen in Nederland, België en Duitsland.
Wie graag geregeld wil helpen bij opgravingen, kan daarvoor terecht bij de AWN – Vereniging van Vrijwilligers in de Archeologie. De leden assisteren beroepsarcheologen in Nederland, België en Duitsland.
n de jaren 1950, de beginperiode van onze vereniging, was amateurarcheologie het terrein van de Indiana Jones-types’, lacht Ruud Raats van de AWN. ‘Als ze ergens wilden graven, dan gingen ze er graven. Vandaag gaat het er – hoewel we hobbyisten blijven – veel professioneler aan toe. Onze lokale afdelingen werken vrijwel uitsluitend in opdracht van opgravingsbedrijven en archeologische diensten, en altijd onder leiding van beroepsarcheologen. Dat is een goede evolutie, want het onderzoek – en de amateurarcheoloog – is er beter van geworden. Onze vereniging heeft op die manier veel kennis en ervaring verzameld, waardoor we (nieuwe) leden opleidingen en lezingen kunnen bieden en tegenwoordig graag gevraagd zijn bij opgravingen in Nederland, België en zelfs Duitsland.’
De vrijwilligers helpen beroepsarcheologen bij tijdrovende taken. Dat kan gaan van aardewerk of andere vondsten schoonmaken, sorteren en determineren, tot archiefonderzoek, veldverkenning of het schrijven van rapporten over oudere onderzoeken. ‘Wie wil graven, meldt zich aan via onze website, of zoekt contact met een lokale afdeling. Daarna krijg je als beginner een basisopleiding archeologie: je leert de basis van het intekenen van een archeologische vindplaats, verkennend veldwerk, verzamelen en archiveren van gevonden artefacten, bouwstructuren, materialen en geologie. Maar archeologie leer je vervolgens vooral door met ervaren vrijwilligers naar opgravingen mee te gaan.’
Meer dan een goedkoop alternatief
Wie dat wil, kan volgens Ruud Raats zo goed als elke week wel ergens in Nederland of België gaan graven. ‘Maar dan moet je wel met alle lokale afdelingen contact houden.’ Toch is het aanbod veel beperkter dan een aantal jaar geleden. Raats wijst vooral naar de recessie in de bouwsector. ‘Grote bouwprojecten liggen stil of worden uitgesteld, waardoor ook het archeologisch onderzoek stropt. Het is tegenwoordig heel moeilijk om op langere termijn projecten te plannen. Bovendien is het standpunt van overheden ten opzichte van opgravingen veranderd. Budgetten worden steeds krapper en overheden willen bouwprojecten en andere werkzaamheden zo min mogelijk beperkingen opleggen.
Wie dat wil, kan zo goed als elke week wel ergens gaan graven
Archeologische opgravingen kosten in hun ogen dan te veel tijd en geld. Vaak luidt de opdracht: volgende week even een paar dagen archeologisch onderzoek doen. Als het al zover komt. Opgravingsbedrijven beperken zich geregeld tot enkele grondboringen om in te schatten of er iets van historische waarde in de bodem zou kunnen zitten. Dat is jammer, want zo gaat veel verloren.’
De AWN zet zich daarom ook in om archeologische opgravingen niet te sterk te laten kortwieken. ‘We zijn de ogen en oren van de Nederlandse archeologie. Onze lokale afdelingen houden aankomende bouwwerven in de gaten. Wanneer de graafmachines eraan komen, willen wij meekijken en er zeker van zijn dat er geen historisch waardevolle bodems worden vernietigd.’
Zijn de (gratis) vrijwilligers dan geen alternatief voor dure opgravingen? ‘Dat is voor ons als vrijwilligers een lastig dilemma. Uiteraard zijn we graag bij zoveel mogelijk opgravingen betrokken, maar we willen ook dat die opdrachten professioneel worden uitgevoerd. Daarvoor hebben we beroepsarcheologen nodig. We weigeren opdrachten waarbij we worden ingezet als goedkope oplossing.’
Word hobbyarcheoloog
Wie interesse heeft om af en toe met de AWN – Vereniging van Vrijwilligers in de Archeologie – mee te gaan graven, neemt best contact op met een lokale afdeling in de buurt. Een lijst daarvan kunt u vinden op de website (www.awn-archeologie.nl). Vlaamse geïnteresseerden kunnen bij het landelijke bestuur terecht. Een lidmaatschap kost vijftig euro (dertig euro voor studenten). Leden hebben toegang tot de landelijke en lokale activiteiten, genieten een verzekering en krijgen het ledenblad Westerheem toegestuurd.