Op 30 juni 1960 werd de Belgische kolonie Congo onafhankelijk. Ondanks de toegenomen publieke aandacht, blijft het koloniale verleden na 60 jaar nog grotendeels onverwerkt. De Black Lives Matter-beweging zet de discussie over de erfenis van koning Leopold II op scherp. ‘De verheerlijking van Leopold in de openbare ruimte is een vorm van symbolisch geweld tegenover de slachtoffers,’ zegt de Brusselse historicus Benoît Henriet.
‘Sommige van mijn studenten hebben in zes jaar middelbaar onderwijs nooit iets over Congo geleerd.’ Benoît Henriet, docent koloniale geschiedenis aan de VUB, bevestigt de recente berichten in De Standaard. ‘Ik ken vanuit mijn achtergrond de leerplannen van het Franstalig onderwijs iets beter. De leerkrachten geschiedenis zijn daar verplicht om koloniale geschiedenis te geven, maar niet noodzakelijk die van de Belgische kolonie. Met alle gevolgen vandien.’
Volgens u ligt het niet zozeer aan een gebrek aan kennis over onze kolonie.
'Mijn collega’s zijn het erover eens dat er redelijk veel onderzoek wordt verricht naar het Belgische koloniale verleden. Meerdere onderzoeksprojecten zijn lopende, met verschillende invalshoeken zoals dwangarbeid, het milieu, het koloniale rechtsapparaat of de Afrikaanse gendergeschiedenis.
Als historici de kans krijgen om in de media te verschijnen, dan is het bij speciale gelegenheden zoals het VN-verslag van vorig jaar dat de Belgische regering aanspoorde om excuses aan te bieden voor het koloniale verleden. We krijgen dan steeds dezelfde vragen voorgeschoteld. Vond er al dan niet een genocide plaats in Congo-Vrijstaat (in de periode 1885-1908, toen Congo privé-bezit was van Leopold II, red.)? Bestond er een Brits complot om de koloniale successen van Leopold II te mimaliseren? Ging het er in de kolonies van andere landen niet even erg aan toe? Altijd deze vragen, terwijl het historisch onderzoek van Centraal-Afrika veel meer omvat.'
Gaan onze buurlanden beter met hun koloniale verleden om?
'Er is meer debat. De erg woelige geschiedenis van de Algerijnse onafhankelijkheidsoorlog (1954-1962) wordt in de Franse opleidingen niet weggemoffeld. Bij ons is er ook wel ruime aandacht voor Belgisch-Congo. Het boek van David Van Reybrouck, de tv-serie Kinderen van de kolonie en enkele stripverhalen over koloniaal Congo waren succesvol. Er is een vraag vanuit het publiek, die misschien niet altijd wordt beantwoord door het onderwijs.
'Kolonialisme is de uitoefening van een vorm van racistisch geweld'
Zowel in België als in andere voormalige koloniserende landen merken we wel een heropleving van een nostalgisch of zelfs revisionistisch discours over het koloniale verleden. In de Britse pers verschenen verschillende controversiële opiniestukken over de positieve aspecten van het Britse Rijk. Franse conservatieve tijdschriften brengen soortgelijke boodschappen. Ook in België zie je een vorm van revisionisme opduiken. Conservatieve kringen benaderen kolonialisme als iets positiefs. Daar zitten oud-kolonialen bij – al zijn er na zestig jaar niet zoveel meer in leven – maar ook jongere stemmen die niet noodzakelijk een band met het koloniale verleden hebben.'
Naar schatting 10 miljoen doden vielen er door het Belgisch kolonialisme. U hoedt er zich voor om de term genocide te gebruiken. Is het beter om het concept ‘misdaden tegen de menselijkheid’ te gebruiken?
'Je kan het begrip genocide moeilijk toepassen op de situatie van Congo-Vrijstaat omdat de kolonisator geen baat had bij het uitroeien van de bevolking die zijn arbeidskrachten moest leveren. De uitroeiing was geen doel op zich. Ik ben geen jurist, maar wellicht past het concept misdaden tegen de menselijkheid hier beter. Te meer omdat er altijd een ontmenselijkingsproces mee gepaard gaat. Kolonialisme is de uitoefening van een vorm van racistisch geweld. Dat is de korte definitie die ik mijn studenten meegeef. De oorspronkelijke bevolking wordt ontmenselijkt, en dat gebeurt door verschillende vormen van geweld.'
Is racisme dé drijvende kracht achter het kolonialisme, meer dan bijvoorbeeld geopolitieke of economische motieven?
'Racisme is de belangrijkste bouwsteen. Om tot kolonisatie over te gaan moet je ervan overtuigd zijn dat het land dat je wenst te koloniseren je interventie nodig heeft en dat je ethische waarden en je beschavingsniveau superieur zijn. De economische uitbuiting of de de politieke dominantie zijn enkel mogelijk in een racistische wereldvisie.'
Sommigen zullen beweren dat je alles in zijn context moet bekijken. In de tweede helft van de 19deeeuw was racisme niet wat het vandaag is…
'Ik zie de relevantie niet van het argument dat iedereen toen racistisch zou zijn. Dit was misschien tot op zekere hoogte waar, maar er zijn altijd en in alle periodes uitzonderingen. Een bepaalde ideologie kan overheersend zijn, maar er zijn altijd mensen die tegengestelde opinies verkondigen. Ook in de manier waarop racistische denkkaders overgenomen worden, zien we grote verschillen. De socialistische en communistische bewegingen uit de late 19de en vroege 20ste eeuw waren antikolonialistisch.
'Ik zoek naar de historische waarheid, en die mag geen aanleiding geven tot enige vorm van relativisme'
Ze ageerden tegen de exploitatie van de lokale arbeidskrachten door de kapitalistische kolonialen. Maar de enige uitweg voor een kolonie lag voor hen in een socialistische of communistische machtsovername. De onderliggende logica bleef dezelfde. De minachting voor de gekoloniseerden nam een andere vorm aan.
Als ik als historicus beweer dat racisme de grondslag vormt van koloniale machtsuitoefenging, dan neem ik geen ethisch standpunt in. Ik zoek naar de historische waarheid, en die mag geen aanleiding geven tot enige vorm van relativisme.'
Nog een veel gehoorde bewering is dat het na de onafhankelijkheid snel bergaf is gegaan met Congo. In de koloniale periode was het dan zo slecht nog niet.
'De verdedigers van dit standpunt kijken vooral naar de socio-economische gegevens: de infrastructuur, de geboorte- en sterftecijfers, de alfabetisering enz. Aan de hand van die cijfers zou je kunnen beweren dat de toestand in de koloniale periode beter was.
Die aanname is problematisch om verschillende redenen. Het is gevaarlijk om een onderscheid te maken tussen enerzijds de bouw van infrastructuur of de verwezenlijkingen in de gezondheidszorg en het onderwijs, en anderzijds de racistische machtsstructuur van de kolonie. Veel van deze infrastructuur, bijvoorbeeld het spoorwegnetwerk, is net aangelegd om de economische uitbuiting mogelijk te maken, en diende niet om de welvaart van de gekoloniseerden te verhogen. Vergeet ook niet dat de onafhankelijk geworden landen moesten voortbouwen op de erfenis van de voorgaande periode. Een gedekoloniseerd land begint niet van nul af opnieuw. Het lot van postkoloniaal Congo was nauw verbonden met de geopolitieke toestand tijdens de koude oorlog. De internationale vraag naar grondstoffen woog op de politieke en economische ontwikkeling van het land – ook hier was er geen profijt voor de Congolese bevolking. De Congolese politieke generatie van na de onafhankelijkheid moest zijn plan trekken in een zeer nadelige geopolitieke context.
Als historicus kan ik moeilijk oordelen welke aspecten van het kolonialisme goed dan wel slecht waren. Het zou een argument kunnen zijn om het koloniale racisme goed te praten.'
De huidige Black Lives Matter-beweging doet de oude discussie over de standbeelden van Leopold II heropleven. Wat is uw standpunt?
'Ik heb niet de expertise om te beslissen wat er met de standbeelden moet gebeuren. Het wordt wel duidelijker dat we ze zo niet kunnen behouden. De huidige aanvallen kunnen als startpunt dienen om een maatschappelijk debat over alle sporen van het koloniale verleden te voeren. Er zijn tal van mogelijke oplossingen, maar daarvoor is discussie nodig tussen politici, historici, burgers en militanten.
‘Voor mensen uit de voormalige kolonies zijn de standbeelden van Leopold een dagelijkse confrontatie met een gebrek aan kritische houding van de Belgische samenleving tegenover het koloniale verleden’
Ik hoop dat politici en journalisten erkennen dat de onkritische aanwezigheid van Leopold II in de openbare ruimte een vorm van symbolisch geweld is tegenover de slachtoffers. Voor mensen uit de voormalige kolonies is dit een dagelijkse confrontatie met een gebrek aan kritische houding van de Belgische samenleving tegenover het koloniale verleden. De verwijdering van de standbeelden is maar één stap, we moeten naar de hele boodschap luisteren. Er bestaat nog steeds racisme in onze maatschappij.'
U doceert koloniale geschiedenis. Hoe staat het vakgebied ervoor? Zijn er grote lacunes in het onderzoek?
'Dat hangt sterk af van persoonlijke interesses. Wat interessant is voor een kleine groep academici is dat niet noodzakelijk voor het grote publiek. Talrijke vragen uit de culturele en sociale geschiedenis zijn nog niet aangepakt, zoals de geschiedenis van scheidingen of van migratie in Congo. We moeten wel meer de Congolese stemmen horen.'
Zijn er voldoende middelen?
'Je zal nooit een onderzoeker tegenkomen die vindt dat er genoeg middelen naar zijn vakgebied gaan. Het is een moeilijke kwestie, die we delen met de collega’s uit de andere humane wetenschappen. Het gebrek aan onmiddellijke maatschappelijke relevantie van ons werk. We ontwikkelen geen vaccins tegen kanker. Er zal nooit geld genoeg gaan naar wetenschappelijk onderzoek en opleiding.'