Nieuwe vondst maakt sediba-mens completer

12 juli 2012 door Eos-redactie

Kaak, dijbeen, ribben en wervels van Australopithecus sediba waren vastgeklonken in gesteente.

Een CT-scan toont meer ledematen van het in 2008 ontdekte fossiel van een mogelijke voorouder van de mens.


De Amerikaanse antropoloog Lee Berger van de universiteit van Witwatersrand ontdekte in augustus 2008 de fossielen – twee gedeeltelijke, maar goed bewaarde skeletten – van een mogelijke menselijke voorouder, Australopithecus sediba. In gesteente uit dezelfde kalksteengrot ten noorden van de Zuid-Afrikaanse hoofdstad Johannesburg zijn nu meer resten van dezelfde soort – en mogelijk zelfs van één van beide individuen - gevonden.
 

De beenderen zitten diep verscholen in een groot stuk steen dat in 2008 bij de skeletten werd aangetroffen. Een radioloog maakte nu een scan van het gesteente, waardoor een kaak, dijbeen, ribben, wervels en andere belangrijke ledematen zichtbaar werden.
 

De Au. sediba is in alle opzichten een ‘hybride’ te noemen, een overgangsvorm tussen aap en mens. De soort liep rechtop, maar kon zich dankzij aapachtige armen nog moeiteloos door de bomen bewegen. De Au. sediba leefde twee miljoen jaar geleden in zuidelijk Afrika. (kv)


 


Een tand steekt uit het stuk gesteente (centraal op de foto), en past mooi in de kaak van een van de twee gevonden Sediba-skeletten uit 2008. Het mannelijk fossiel wordt ook wel 'Karabo' genoemd, wat 'antwoord' betekent.
 

Lees een blogpost over Sediba van prof. Anatomie Evie Vereecke (KULAK) op ons blogportaal Scilogs.be